van Holland en Zeeland en medewerker
van het iMeertensinstituut in Amsterdam.
De keur van 1248 bevat geen geheel
nieuw stadsrecht. Willem II zegt daarin
namelijk dat hij de vrijheid en de keur ver
nieuwt die hij en zijn voorvaderen eerder
aan Zierikzee hebben gegeven. Het is dan
gezien de term 'voorvaderen' mogelijk dat
al graaf Willem I. de grootvader van
Willem II, een stadskeur voor Zierikzee
heeft beoorkond. Kruisheer heeft de keur
van 1248 tot in detail vergeleken met de
keuren van Middelburg uit '1217 en '1254,
met die van Westkapelle en Domburg uit
1223, die van Vlissingen uit 1315 en van
Reimerswaal van 1380. Zijn conclusie is
dat de keur van Zierikzee van 1248 een
enigszins uitgebreide versie moet zijn van
de oudere keur waarvan in de keur van
1248 sprake is, en dat die laatste niet lang
na 1217 en waarschijnlijk nog voor de
dood van Willem I in 1222, dus zeg maar
rond 1220 voor het overgrote deel van de
keur van Middelburg is overgenomen.
Kort daarvoor, in 1217 is het stedelijk recht van Middelburg in een oorkonde
vastgelegd. Ook dat is niet de eerste keer, want in deze Middelburgse stadskeur
is eveneens sprake is van een oudere keur, die dan zou kunnen dateren uit de
tweede helft van de 12de eeuw. Het grote belang van de studie van Kruisheer is,
dat daarin is aangetoond dat zowel die oude keur als die van 1217 in Middelburg
zelf zijn opgesteld en zijn gevormd op basis van de rechtspraktijk in de stad zelf.
In Zierikzee is de ontwikkeling dan anders geweest. Het Middelburgse recht is in
die stad zelf ontwikkeld, terwijl het Zierikzeese rond 1220 - net als trouwens de
keuren van Domburg en Westkapelle uit 1223 - voor een zeer groot deel terug
gaat op dat van Middelburg. Van de keur van Zierikzee uit 1248 vertonen slechts
twaalf van de 62 artikelen geen verband met de Middelburgse keuren van 1217
en 1254: alleen deze artikelen zullen in Zierikzee zelf tot stand zijn gekomen, zij
het dat de overige artikelen wel eigen Zierikzeese detailafwijkingen vertonen ten
opzichte van de corresponderende bepalingen in de Middelburgse keuren. Wat
het Zeeuwse stedelijk recht betreft neemt Middelburg dus een unieke plaats in.
Het Middelburgse recht wordt in de 13de eeuw voor een groot deel door andere
steden overgenomen.
Overigens is het niet mijn bedoeling al te lang bij het stadsrecht zelf stil te blijven
staan. Wat ik mij vooral afvraag is wat voor plaats Zierikzee in de eerste helft van
de 13de eeuw is; met name waarom daar rond 1220 stedelijk recht wordt inge
voerd.
Ik duik daarvoor diep in het verleden, en zie dat Zierikzee al voor het jaar 1000
een centrale plaats op Schouwen inneemt. Wij weten dat in de 9de en 10de
Willem If en zijn zoon Floris V naar 15de
eeuivse muurschildering (Haarlem).
14