eeuw de abdij van Sint Baaf te Gent goederen bezit op het dan nog dun bevolkte Schouwen, vooral uitgestrekte schapenweiden. Het centrum van dat bezit is een plaats die in een oorkonde van 976 Kreke wordt genoemd en waar op dat moment ook een kerk staat. Dat Kreke kunnen wij zo goed als zeker identifice ren met Zierikzee, en wel dank zij de daar aanwezige kerk. C. Dekker heeft aan getoond dat die kerk geen andere kan zijn geweest dan de Sint-Lievensmonster van Zierikzee. De verering van Sint Lieven wordt namelijk vanaf de vroege 11de eeuw uitsluitend door de Sint-Baafsabdij gepropageerd; de heilige Lieven is een persoon die nooit heeft bestaan maar door de abdij is verzonnen uit afgunst jegens de Gentse Sint-Pietersabdij vanwege het reliekenbezit van die abdij. Een parochiekerk die aan Sint Lieven is gewijd zal derhalve zo goed als zeker bezit zijn geweest van de Sint-Baafsabdij. Bovendien wijst het woord monster of mun ster voor een parochiekerk op een zeer oude kerk. zodat men er vanuit mag gaan dat in 976 met de kerk van Kreke de Sint-Lievensmonsterkerk van Zierikzee is bedoeld. Kreke zal dan de oude naam zijn van Zierikzee. De plaats zal in de 9de en 10de eeuw het centrum hebben gevormd van het bezit van de Sint- Baafsabdij op Schouwen. In de late middeleeuwen meende men zelfs te weten dat Zierikzee in 849 zou zijn gesticht, maar dat is waarschijnlijk niet meer dan een legende. De naam Zierikzee betekent het ee', het water oftewel de kreek genoemd naar een zekere Siric. De kreek, die zowel in de naam Kreke als in de naam Zierikzee figureert, zal de zijkreek van het water de Gouwe zijn, waarvan de tegenwoor dige Oude Haven het restant is. Voor het ontstaan van Zierikzee is die kreek van essentieel belang geweest; én vanwege de havenfunctie, én omdat voordien van uit deze kreek de kreekrug is opgebouwd die de stad van oost naar west door snijdt, "waarop de nederzetting is ontstaan. Het lijkt er op dat Zierikzee in de 10de eeuw niet alleen als centrum van het Sint- Baafsbezit, maar ook op kerkelijk gebied een centrale positie inneemt; niet lang geleden heeft de historica Ellen Palmboom namelijk aannemelijk gemaakt dat alle parochiekerken in het oosten van Schouwen dochterkerken zijn van de Sint- Lievensmonsterkerk. De kerk zal dus in de 10de eeuw, wanneer die dochterker ken zeker nog niet bestaan, de parochiekerk zijn geweest van heel het oosten van het eiland. Niet lang na 1100 draagt de Sint-Baafsabdij haar domeincentrum te Zierikzee met de Sint-Lievensmonsterkerk over aan de graaf van Holland. De oude centrale hof van de abdij direkt ten westen van de kerk wordt dan het Gravenhof, het grafe lijk bestuurscentrum voor 'Zeeland Beoosten Schelde' (dat is de naam voor Zeeland ten noorden van de Oosterschelde). Zierikzee wordt de vaste verblijf plaats van de graaf wanneer hij zich in dit deel van Zeeland bevindt, net zoals Middelburg dat is in Bewesten Schelde, Zeeland ten zuiden van de Oosterschelde. Van Zierikzee als grafelijk centrum blijkt voor het eerst iets in 1203. Dat wil zeg gen, na de dood van graaf Dirk VII, wanneer diens broer Willem I om het grafe lijk gezag in Holland en Zeeland oorlog voert met Lodewijk van Loon, de echtge noot van Ada, dochter van wijlen Dirk VII. Willem staat er op dat moment in Holland niet best voor en wijkt uit naar Zierikzee. Daar wordt hij enthousiast door de bewoners ontvangen en door hen als hun graaf erkend. Dat dit verhaal zo nadrukkelijk in de annalen van de abdij van Egmond wordt verteld wijst er op 15

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1998 | | pagina 17