DE STADSRECHTEN VAN ZiERIKZEE door Huib Uil Woensdag 11 maart 1248 was een gedenkwaardige dag. Rooms-koning Willem II vaardigde een oorkonde uit, waarin de stadsrechten van Zierikzee werden vast gelegd. Het was voor de Zierikzeeënaars een belangrijk moment. Het verstevigde hun bewustzijn. Voor Willem II betekende de verlening een middel om de band met deze snel groeiende plaats aan te halen. In deze bijdrage wordt aandacht gegeven aan Zierikzee in de eerste helft van de 13de eeuw, met daarbij bijzonde re aandacht voor de stadskeur van 1248. Ontstaan Aan het eind van de vroege middeleeuwen vormden de hoger gelegen gronden in de Zeeuwse delta het domein voor herders met hun schapenkudden. Het oudste schriftelijke gegeven dateert uit 976 waarin op oostelijk Schouwen Creka en Papingalant worden genoemd. Met Creka wordt zo goed als zeker het latere Zierikzee bedoeld. De oudste aanduiding Siricasha uit 1156 is een samentrekking van Sigunlkis ahwo. Sigurrikis komt van Sigurik, hetgeen zege en machtig bete kent. Ahwo betekent een natuurlijke waterloop, in dit geval de kreek waaraan Zierikzee ontstond. Siric, een verkorting van Sigurik en later vervormd tot Zierik, is ook een persoonsnaam. Vermoedelijk moet het een lokale machthebber zijn geweest, wiens naam verbonden werd aan 'ee1: Zierik's ee. Het was de aanduiding voor de kreek, die uitmondde in de Gouwe, het water dat de eilanden Schouwen, Duiveland en Dreischor van elkaar scheidde. De Gouwe mondde aan de zuidzijde uit in de Oosterschei de.' Misschien was deze Siric wel een van de plaatselijke beheerders (meiers) van het goed van de Sint Baafsabdij uit Gent, waarvan het bezit door keizer Otto II in de genoemde oorkonde uit 976 wordt bevestigd. P.A. Henderikx, die deze suggestie aan de hand doet, vermoedt dat Siric een van de degenen is geweest, die dit goed aan zich kan hebben getrokken.2 Van wanneer de oudste bewoning dateert, is nog onzeker. Het is niet onmogelijk dat dit reeds in de 9de eeuw het geval is geweest. Zelf hielden de Zierikzeeënaars het op 849. Volgens een middeleeuws gedichtje, dat zich in de Gasthuiskerk bevond, was Zierikzee in dat jaar gesticht. Tn 1Ó49 werd om die reden het 800-jarig bestaan gevierd ter gedachtenis van de stigting dezer Stad door Ziringus', zo meldt de Zierikzeese kroniekschrijver J. de Kanter Phil.z/ In 1949 werd met uitbundige feestvreugde het 1100-jarig bestaan van Zierikzee gevierd. De Hollandse graaf De Weslfriese graven - eerst vanaf het eind van de 11de eeuw komt de naam Holland in zwang - hebben in het kader van hun machtspolitiek een begerig oog laten vallen op de Zeeuwse eilanden. Waarschijnlijk was het al graaf Dirk II (939- 988), die Zeeland beoosten Schelde in zijn bezit kreeg. Met de Oosterschelde als scheidslijn werd Zeeland vanouds in twee delen gesplitst: beoosten en bewesten Schelde. Zeeland bewesten Schelde werd in '1012 door de Duitse koning afge staan aan de graaf van Vlaanderen. Deze gaf het gebied later in leen aan de Hollandse graaf. 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1998 | | pagina 23