Stedelijke status Zierikzee was zich bewust van haar stedelijke status. De grafelijke privileges wer den met zorg bewaard. De stedelijke voorrechten, verordeningen en reglementen werden vastgelegd in Voorbodenboeken'. Vanaf 1304 werden de nieuwe poor ters ingeschreven in het poortersboek. De poorters zwoeren de stad trouw, en op haar beurt beloofde de stad de burgers bijstand in geval van nood. Deze registers bevatten tevens de namen van degenen, die tot burgemeesters van de stad wer den gekozen. Tot 1329 gebeurde dat op de derde Pinksterdag. Vanaf 26 decem ber 1329 geschiedde dit op Sint Stevensdag (26 december).K De poortersboeken van Zierikzee zijn de oudste van ons land. Ze beginnen met de nieuwe poorters, ingeschreven onder het burgemeesterschap van Hughe Gruys en Yen Aernoudszoon in het 'jaer ons Heren M" CCC" ende II, des dinxendaghes in die sinxsendaghen' (12 juni 1302)." Deze poorters- en voorbodenboeken maken onderdeel uit van het stadsarchief. Ondanks de hiaten - Zierikzee mist bijvoorbeeld de middeleeuwse rekeningen - is het stadsarchief nog altijd de bewaarplaats van het vele dat talloze generaties belangrijk vonden om vast te leggen. De monumenten, de grachten en het stadssilhouet geven Zierikzee een stedelijke allure, die op tallozen een grote aantrekkingskracht uitoefenen. De Zierik- zeeënaar van 1998 is even trots op zijn stad als die jonge stedeling uit 1248. Rooms-koning Willem II had groot gelijk toen hij zijn medewerking verleende om Zierikzee opnieuw een stadskeur te verlenen. Noten: De auteur dankt de heren prof. dr. P.A. Henderikx en dr. J.G. Kruisheer voor hun opmerkingen, die een belangrijke bijdrage vormden aan dit artikel. 1. R.E. Künzel, D.P. Blok en J.M. Verhoeff, Lexicon vein nederlandse toponiemen tot 1200, Amsterdam 1988, 417; Frans Beekman en Huib Uil, Scbouwen-Duivelcmcl en de oorsprong van haar plaatsnamen, Goes 1994. 7. 2. P.A. Henderikx, Het ontstaan en de vroegste ontwikkeling van Zierikzee (tot ca. 1300), in: Kroniek van het land van de zeemeermin (Scbouwen-Duiveland), 22, Zierikzee 1997, 7. 3. J. de Kanter Phil.z., Chronijk van ZierikzeeZierikzee 1794, 2. 4. P.A. Henderikx, Het ontstaan en de vroegste ontwikkeling van Zierikzee (tot ca. 1300), a.a., 8-9. 5. Idem, 9-11. 6. Op 5 maart 1248 werd in Zierikzee een oorkonde afgegeven ten behoeve van de abdis en het convent van het klooster Bethlehem bij Eikerzee. Zes dagen later vernieuwde hij de keur van Zierikzee. J.G. Kruisheer, Oorkonden-boek van Holland en Zeeland tot 1299, II (OHZ II), 1222 tot 1256, Assen/Maastricht 1986, nrs. 737 en 738. De stadskeur is ook gepubliceerd in: W. Bezemer en A.S. de Blécourt in Rechtsbronnen van Zierikzee. Werken der Vereeniging tol uitgave der bronnen van het Oude Vaderlandscbe Recht, tweede serie, no. 9, 's-Gravenhage 1908. Abusievelijk is daar als jaar van uitgifte 1247 in plaats van 1248 genoemd. Zie ook: J.G. Kruisheer, De oorkonden en de kanselarij van de graven van Holland lol 1299, II, 's-Gravenhage-Haarlem 1971, nr. 197. 7. D.E.H. de Boer en E.H.P. Cordfunke, Graven van Holland. Portretten in woord en beeld (880- 1580), Zutphen 1995, 67-70; R.P. de Graaf, Oorlog om Holland, 1000-1375. Hilversum 1996, 159, I60, 229-235; H.P.H. Jansen, Holland, Zeeland en het Sticht, 1100-1433, in: Algemene Geschiedenis der Nederlanden, 2, Haarlem 1982, 281-298; Kees van Kruining, Graaf Willem II (1234-1256), in: C.G.M. van Kruining, J.G. Kruisheer en G. Verhoeven, Delft, 15april 1246, Delft '1996, 97-126. 8. P.H.D. heupen, Heer en stad, stad en heer in de dertiende eeuw, in: De Hollandse stad in de der tiende eeuw, Muiderberg 1988, 9-10. 9. I.H. Gosses, bewerkt door R.R. Post, Handboek tot de staatkundige geschiedenis der Nederlanden, I, De Middeleeuwen, 's-Gravenhage 1974% 117-121; I.H. Gosses en N. Japikse, Handboek tot de Staatkundige Geschiedenis van Nederland, 's-Gravenhage .1927% 119-122. 10. P.A. Henderikx, Hel ontstaan en de vroegste ontwikkeling van Zierikzee (tot ca. 1300). a.a., 17.

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1998 | | pagina 37