De Calvinisten in de Lage Landen noemen zich van het begin van de Kerkhervorming gereformeerdenook al omdat Calvijn in het Franssprekende Genève woont en de invloed van de reformatie via Frankrijk en de Zuidelijke Nederlanden de noordelijke gewesten bereikt. Men spreekt daar van de 'Réformation Réligieuse' (de godsdienstige hervorming) en van de 'Eglise Réformée' (de gereformeerde kerk). Met die naam kunnen de Calvinisten zich in de Nederlanden onderscheiden van de Rooms Katholieken, maar ook het verschil aangeven met de Duitse 'Evangelische Kirche', de Evangelisch-Lutherse tak van de kerkhervorming. In 1618 en 1619 vergadert de gezaghebbende Synode van Dordrecht van 'de Gereformeerde Kerk in de Vereenigde Nederlanden'. Deze naam zal de officiële blijven tot 1815. In de Oosterlandse acta en naamrollen vinden we, in de door de predikanten gegeven benamingen van het kerkelijk instituut, een aantal - als ter loops - aangegeven standpunten. Op 30 december 1735 schrijft Ds.P.J. Pedecoeur in de acta- -waarin de besluiten van de kerkenraad zijn opgenomen- dat een vrouw, getrouwd met een papist haar "dogterken niet liet gaan in de paapse maar wel in de he7~vormde kerk". Hier is de 'Hervormde Kerk' duidelijk gesteld tegenover de 'Rooms Katholieke Kerk'. In de acta van 1 april 1736 schrijft dezelfde predikant "drie persoonen zijn voor de Consistorie (=kerkenraad) geweest, belijdenis doende van de gereformeerde godsdienst'". Uit de aangehaalde frag menten is het duidelijk dat de term 'hervormd' het kerkgenootschap, het instituut dekt en 'gereformeerd' staat voor de godsdienstige inhoud van de leer binnen dat kerkgenootschap. De conclusie is eenvoudig: Hervormd Gereformeerd. Is Hervormd nog Gereformeerd? In 1772 en 1777 schrijft Ds. J. van Cleeff - predikant van de gemeente te Oosterland van 1742-1784 - boven zijn 6de en 7de naamrol:- de naamlijst van de belijdende kerkleden: "de waare, na (naar) Gods woord Hervormde Christelijke Gemeente te Oosterland". In 1781 staat boven zijn 8ste naamrol: 'De Hervonnde Gemeente binnen en buiten Oosterland'. Ds. Beausar gebruikt in 1788 als titel boven zijn naamrol: 'De Christelijke Hervormde Gemeente te Oosterland'. In 1796 ge bruikt Ds. Schoenmakers dezelfde termen. In de acta van 1 januari 1797 heeft hij het over "Het Bestuur der Gereformeer de Kerk te Oosterland" en even verder, in de zelfde acta over "de Her vormde Gemeinte te Oos terland". Op 7 april 1797 spreekt Ds. Schoenma kers doopleden toe die net belijdenis des geloofs hebben gedaan. Het gotische kerkgebouw met de consistoriekamer. De toren op de achtergrond. 29

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1999 | | pagina 31