den op de periode 1535 - 1554.'5 Op 15 juli 1540 bezocht Karei V de stad Zierikzee. Mogelijk werd het paneel voor die gelegenheid gemaakt. De schilder is onbekend. Restanratiegeschiedenis Het stadsbestuur van Zierikzee heeft steeds de bijzondere waarde van het paneel 'Darinkdelven' ingezien. Driemaal droeg het bestuur zorg voor de restauratie van het werk, waarbij steeds ook gemeentegelden besteed werden. Het schilderij dat in 1933 in de Bodekamer hing, werd in of na 1933, maar voor 1943, gereinigd door J.C. Traas te Den Haag. Tegelijk werd vermoedelijk ook de 'Kaart van Schouwen' door Traas gerestaureerd. Blijkens foto's 81, 82 en 83 in de publicatie van Martin27 was het schilderij 'Darinkdelven' bijzonder vuil, bijna zwart. Uit die foto's blijkt ook dat er niet alleen schoongemaakt is, maar ook gerestaureerd. Twee lange horizontale naden, de een even boven de horizon en de ander door het midden van de kleispitters, werden weggewerkt. De foto van het schilderij uit 19352* toont geen naden en een toren met de spits zoals die ook bij Pronk Philipz te zien is. Mogelijk zijn de naden dus pas opengebarsten bij het transport naar de restaurateur in Den Haag. Martin noemt het schilderij 'Het darinkdelven' en dateert het op de zestiende eeuw. Hij kent de schilder niet en deelt helaas ook helemaal niets mee over het schilderij of de reiniging ervan. De stadhuisversie van schilderij 'Darinkdelven' is in 1943 gefotografeerd door Haakma Wagenaar, die een detail van toren en kerk afdrukt.29 In 1943 werd de toren nog met het echte blokkenhuis, doch zonder de dakkapellen, afgebeeld. Blijkens de foto begon de verf te verschilferen ter hoogte van de kroonlijst van de toren. In de dagen van de evacuatie en inundatie van Schouwen-Duiveland op het einde van de Tweede Wereldoorlog (1944 - 1945) werd het schilderij opgeborgen in een kluis, waar het van het vocht geleden heeft. Hierdoor ontstonden blaasjes onder de verf die op den duur open sprongen.30 In 1949 overwoog het stadsbe stuur restauratie, maar het schilderij was niet meer transportabel en werd ter plaatse behandeld. Op 10 augustus 1950 kon het resultaat aan de koningin getoond worden." Nadien, in 1958, is het schilderij nogmaals gerestaureerd, nu door N. van Bohemen. Het schilderij was door krimpen en uitzetten opnieuw ernstig gaan afbladderen. Om het afbladderen geheel stop te zetten adviseerde Van Bohemen om alle hout af te schaven en de schildering over te brengen op een dikke plaat multiplex.32 Burgemeester en wethouders hadden, na de teleurstellende ervaring met de restauratie door Traas tien jaar eerder, zo hun twijfels en vroegen her en der om advies. Van Bohemen verweerde zich met de mededeling dat de voorge stelde behandeling van het paneel gebeurde in overleg met het Rijksmuseum in Amsterdam en dat in andere gevallen dergelijk werk na 40 jaar nog goed stand hield." Uiteindelijk kreeg Van Bohemen de restauratieopdracht. Op 21 januari I960 was de restauratie gereed." Daarbij lijkt de torenspits van Zierikzee toch wel een nogal andere vorm gekregen te hebben! De toren kreeg een simpel vierzijdig tentdak zonder galmgaten, met kapvoet op de kroonlijst.35 Vergelijking van het paneel met de kopie in het Maritiem Museum doet vermoe den dat het paneel ooit iets breder was dan thans. 27

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2001 | | pagina 29