VITUS VASORUM
CONTINENTIUM.
dibsertatïo pathologic/*
INAUGURALIS,
Q U A M
FAVENTE SUMMO NUMINE
Ex Juttoritate Magnifici Rectoris,
BERNHARDINI de MOOR,
S. S. THEOLOGIE DOCTORISHUJUSQUE FACULTAT1S
IN ACADEMIA LUGDUNO-BATAVA PROFESSORIS OR-
D1NARII, 1BIDEMQUE ECCLESLffi PASTORIS.
Jmplijftmi Sen at us Academici Confenfu,
NobiliJJimae Facultatis Medicae Deere to,
rRO GR A D*J DOCTOR AT US,
Summïsque in Medicina Honoribus Privilegiii
rite ac legitime confequendis,
Eruditorum cxamini fubmittit
H A C O U E 't\
I A N
M diern 23. Aprilis 175Ö. bora locoqut Jolitis.
LUGDUNI E ATAFO RU M,
ORNELIUM DE PECKIR,
De geneeskundige plaatsbeschrijving sch reef
Macquet als lid van de Natuur- en Geneeskundige
Correspondentie Sociëteit in de Verenigde Nederlanden
in 1783(Gemeentearchief Schouwen-Duiveland,
Zierikzee)
ge kristallen van zouten. Opium is niet scherp, maar slaapverwekkend en leidt
tot verslaving. Te sterk werkende vergiften zijn kolokwint35, dolle kervel en het
slangenbeetgif. Bij scheurbuik is er een ziltige scherpte en opgeslorpte bedorven
gijl in de tweede wegen. Bij jicht speelt het gebruik van zure wijnen een rol,
naast een zekere voorneiging.
Afdwaling der vochten
Afdwaling van lichaamsvochten kunnen ook ziekteverschijnselen geven als
bederf of scherpte, zelfs primair, met als gevolg stenige aangroeisels in het hart
en grote bloedvaten. Afdwaling van gal uit de galblaas naar het bloed geeft geel
zucht. Uitstorting van gal en urine in de buikholte is meestal noodlottig.
Doordringing van gal en urine in gezond weefsel geeft een ernstige toestand.
Etter kan lang in een holte blijven zonder bederf, zolang er geen lucht bij komt.
Gebeurt dit toch, dan verspreidt ze zich in het bloed en geeft uittering met stin
kend zweer en 'lopen'.
De met pisvloed gepaarde ziekte, die de Grieken diabetes noemen ontdoet niet
alleen het lichaam van onnutte, maar ook van voedende delen.
Macquet geeft voornamelijk in deel II van Pathologije aandacht aan elk der ver
schillende lichaamsvochten.
Gijl
De gijl is voor Macquet de eerste van al onze lichaamsvochten. Ze moet daarom
zo zuiver mogelijk zijn, ontstaand uit de voedingsstoffen en de menging met de
verteringssappen. Gene mag ontbreken en zéker niet de gal. Deze komt uit de
galblaas, een deel ervan gaat terug naar de lever tot bereiding van nieuwe gal.
Belangrijk zijn ook het speeksel, het maagsap en het alvleessap.
46