der hun medeweten en toestemming in het boek was opgenomen, nu opnieuw gebruikt zou worden voor de tweede uitgave. Het was hun dringend verzoek de brief niet in de heruitgave op te nemen. Maar er bleek nog meer aan de hand te zijn, want behalve aan het opnemen van de brief, had men zich ook danig gestoord aan het verhaal dat Vrije Volk-journalist G. Fortgens over hun vader had geschreven. Ter wille van de duidelijkheid van hun bezwaren hebben we een paar keer een gesprek met enkele familieleden gehad, maar dat leverde niet meer op dan wat betraande gezichten. Wij vonden dat het weglaten van genoem de brief en het krantenverhaal in Het Vrije Volk afbreuk deed aan onze nieuwe uitgave. Uit humanitaire overwegingen hebben we uiteindelijk toch besloten om beide documenten niet in de heruitgave op te nemen. De vrijkomende ruimte hebben we kunnen gebruiken om een aantal foto's van Nieuwerkerk op te nemen, die men in het eerste boek niet terug zal vinden. Bruinisse en Sirjansland wat stiefmoederlijk bedeeld In de oorspronkelijke uitgave van 'Gekwelde grond' was het velen opgevallen dat de Duivelandse dorpen Bruinisse en Sirjansland weinig aan bod waren geko men en men had zich daar terecht aan gestoord. Wat het tekstgedeelte betrof was Bru wel aardig aan haar trekken gekomen maar het kleine dorpje Sir, dat ook toch zwaar getroffen werd, leek men toch een beetje vergeten te zijn. En nu bestond de mogelijkheid om in de tweede uitgave wat meer aandacht aan deze dorpen te schenken en zo gezegd zo gedaan. Aan onderwijzer en 'dorpshoofd' Adriaan Heule, als geen ander betrokken bij het lot van zijn kleine dorpsgemeen schap, werd gevraagd om een verslag over de rampbelevenissen te schrijven en dat deed hij maar al te graag. Fotograaf Zandvoort uit Rijssen had tijdens de Gezicht op Oosterland. (Coll. Gemeentearchief Schouwen-Duiveland Zierikzee. Foto KLM AEROCARTO). 124

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2003 | | pagina 126