den van Noorwegen had een doel, de lokale overheden waren lichtelijk communis tische gezind. Er woonden drie bevolkingsgroepen die de overheid wilde laten integreren. De Sami (Lappen) waarvan een deel het zwervende bestaan op wilde geven, de handelaren met een vast woonadres en een onduidelijke groep die Kven wordt genoemd. De Kven is een mengeling van de van oudsher bestaande noorde lijke culturen en Noren uit andere delen van Noorwegen. Om geen onderscheid te maken tussen de culturen kregen de huizen, bewoond door de drie bevolkings groepen, dezelfde kleur om de integratie te bevorderen. Transport naar Nederland De meeste huizen zijn per trein naar Nederland verzonden, alle wagonnummers zijn nog bekend. Een paar voorbeelden van bestemming voor Schouwen- Duiveland zijn: 8 april 1954 voor Nieuwerkerk de wagonnummers 405694, 422666 en 400912. Op 11 juni 1954 voor Zierikzee de wagonnummers 60666, 407159 en 60537. De goederentreinen, die alle via Duitsland naar Nederland kwa men, hoefden geen inklaringskosten en dergelijke te betalen. De Duitse spoorwe gen stelden hun rails en treinen vrij beschikbaar voor het transport. Per schip wer den eveneens woningen verzonden. Uit de Noorse havens vertrokken de schepen 'Cerecio', 'Myson', 'Charlotte' en 'Barok' naar Rotterdam met aan boord de Noorse woningen. De 'Charlotte' vervoerde een gedeelte van 20 woningen, het restant van de woningen werd per trein verzonden. Dit restant vulde nog zeven wagons en die ladingen omvatten voornamelijk 'los' materiaal zoals keukens en kasten. Het verdere vervoer vanuit de haven van Rotterdam werd met vrachtwagens ver zorgd door de firma Vijfvinkel. Deze firma rekende het volgende aan het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting door: staangeld, inklarings- en douane- kosten en telloon. Het telloon spreekt in feite voor zich. Alle colli werden geteld en ontbrekende delen genoteerd. De nazendingen lieten nogal eens op zich wachten en stagneerden in enkele gevallen de bouw van de woningen. Verdeling geschenkii'oningen over de rampgebieden en de slachtoffers De verdeling van de woningen zorgde voor grote problemen. Het was tussen de gemeenten een touwtrekkerij om het aantal woningen waarop ze recht dachten te hebben. Uiteraard kreeg iedere gemeente minder woningen dan werd gewenst. Nu na 50 jaar blijkt dat veel gemeenten, die destijds vonden dat ze niet genoeg geschenkwoningen kregen, deze af willen breken. Reden hiervoor is dat de hou ten huizen duurder zijn in onderhoud dan de stenen huizen, bovendien staan ze vaak op een ruime kavel waarop meerdere nieuwe huizen gebouwd kunnen wor den. Op 24 augustus 1953 werd een vergadering belegd in de Rolzaal te 's-Gravenhage met als onderwerp 'Bespreking van de problemen ten aanzien van de toewijzing van Rode Kruishuizen' onder voorzitterschap van de heer A. Van Emden, directeur van het Rode Kruis. De notulen van deze vergadering zijn bij zonder interessant, maar helaas te uitgebreid om in zijn geheel over te nemen. (Let wel, het ging in deze vergadering alleen om de woningen geschonken door het Rode kruis, niet om de woningen die door de regeringen van de Scandinavische landen werden geschonken!) Het is opmerkelijk dat er op de ver gadering in de Rolzaal geen burgemeesters uit Schouwen-Duiveland aanwezig waren. De voorzitter van de vergadering verklaarde die afwezigheid als volgt: 'het feit dat er weinig vertegenwoordigers uit Zeeland naar de vergadering zijn 97

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2003 | | pagina 99