Laten wij de camera nog één keer zwenken en ons richten op het perspectief van
de lokale bevolking. De opgravingen uit 1951 waren een major event' in de
geschiedschrijving van Schutje en misschien wel van Schouwen. Want waar
Schutje ook maar ter sprake komt, komen de opgravingen aan bod, zelfs in tame
lijk nietszeggende en pretentieloze sfeerimpressies in de streekpers. In 1972
tekende een journalist het volgende op uit de mond van een boer: 'De archeolo
gen hebben rond de jaren '50 een grote sleuf er doorheen gegraven en hebben
een groot aantal menselijke skeletten aangetroffen en meegenomen voor onder
zoek. Ik heb ze zelf gezien. Het moeten ontzettend lange mensen geweest zijn.' 6
Zeventien jaar later, in 1989, schrijft de pers: 'In 1951 onderzocht de Rijksdienst
voor Oudheidkundig Bodemonderzoek het toen al lang gesloten kerkhofje.
Tijdens opgravingen vonden medewerkers tientallen grafkelders, waarin skelet
ten met de voeten naar het oosten gericht lagen, naar Jeruzalem.'7
Al met al leefde veertig jaar na dato de herinnering aan de opgravingen nog. En
de volksmond begon er inmiddels een eigen verhaal van te maken. 'Reuzen zou
den zijn opgegraven', meende de boer, waar in werkelijkheid slechts één skelet
uitzonderlijk langer was dan de gemiddelde lengte van 1.65 meter. Dat de overle
denen met de voeten naar het oosten begraven zouden liggen, is ook een fabel.
Het is een gewoonte die na de Middeleeuwen verdween, omdat deze niet langer
paste binnen onze joods-christelijke cultuur. Ook hier wil de volksmond blijkbaar
zijn zegje doen. Eens te meer blijkt dat wetenschap een vruchtbare voedingsbo
dem is waarop mythes kunnen bloeien.
Epiloog
Najaar 2004.
De eerste herfstwinden jagen over het vlakke Schouwse landschap.
De sporen van de opgravingen bij Schutje zijn natuurlijk allang verdwenen.
En sterfelijk als zij zijn, sterven ooggetuigen van geschiedenis uit.
Over een aantal jaren zullen de opgegraven skeletten het enige tastbare 'bewijs'
zijn.
Maar waar zijn die skeletten?
Na sluiting van het instituut in Utrecht, blijkt de collectie verspreid te zijn over
Nederland.
Het grootste deel van de kistjes met skeletten ligt in het Provinciaal Archeo
logisch Depot in Middelburg. 'Vrij willekeurig' opgeborgen. Maar wel veilig, want
ze liggen in de atoomkelder.
Toelichting en dankwoord
Een eerste publicatie over dit onderwerp verscheen in het tijdschrift Zeeland: F.
Meulenberg en P. Frentrop, 'Schedelmetingen bij "Schutje" op Schouwen'.
Zeeland 2001(10)3:91-99. De oorspronkelijke tekst is geheel herzien en uitge
breid met nieuw bronnenmateriaal.
De auteurs danken Huib Uil, archivaris van de gemeente Schouwen-Duiveland,
voor zijn accurate hulp en ondersteuning. Ook mevrouw Ans van As-Roosen
beek, documentaliste van de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodem
onderzoek (Amersfoort) en Jan Kuipers, als documentalist verbonden aan de
Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland (Middelburg) zijn wij dank verschuldigd. Wij
zijn daarnaast Pierre Vinken, Aerdenhout, erkentelijk voor het openstellen van
zijn privé-archief.
101