de orthografie hanteert. Dingeman varieert de spelling zelfs binnen één epistel.
De interpunctie lijkt volkomen willekeurig. De in het Frans geschreven brieven
zijn veel homogener. In dat land bestonden veel duidelijker uniforme spelling
regels. Slechts enkele woorden komen niet overeen met het hedendaags geschre
ven Frans, bijvoorbeeld 'tems' in plaats van 'temps'. Naar vrienden en autoriteiten
schreef Dingeman bij voorkeur in het Frans. Deze brieven zijn waar nodig ver
taald.
Voor de bewerking heb ik me zoveel mogelijk aan het origineel gehouden,
indien echter het hoofdlettergebruik en de interpunctie erg uit de hand liepen
heb ik deze gemoderniseerd. De spelling en de zinsbouw zijn gehandhaafd,
evenals eigenaardigheden zoals het gebruik van het hulpwerkwoord 'hebben' in
plaats van 'zijn'.
Oirschot
Van zijn tiende tot zijn dertiende jaar is Dingeman in huis bij een onderwijzer
Söhngen in Oirschot, die een kleine kostschool drijft. Uit deze tijd stammen drie
korte brieven, waarin hij zijn ouders bedankt voor de goede gaven zoals de
toverlantaarn, de likeurpunch en de wijn; het is niet duidelijk of deze laatste
gaven voor de onderwijzer of voor de kleine Dingeman bedoeld waren. De brie
ven zijn ondertekend door 'Ued gans gehoorsaam zoontje'. Meester Söhngen
houdt Jan van der Vliet op de hoogte, hij schrijft onder andere dat hij zeer tevre
den is met zijn leerling, maar hij wisselt ook zakelijke mededelingen uit,
gemengd met ander plaatselijk nieuws.
'De booter is gepasseerte Zaterdag zeedert den Marktdag den 28 April een halve
stuiver gereezen. Aanstaande Dingsdag is weeder Markt, ik. ben zeer benieuwd
wat zij dan kosten zal. Gistern zijn er zes in den Bosch gehangen en één
gebrandmerkt, en van dag worden zeven vrouwen gegezelt en gemerkt dit is een
complot geweest, dat men nu eindelijk nadat zij veel kwaad gedaan hebben ont
dekt heeft en naa merken gestraft. Uw zoon en mijne zoonen zijn er geweest met
gezelschap om te zienUit de laatste regel blijkt dat de algemene ontwikkeling
niet wordt vergeten.
"Ik zie teegenswoordig de Waereld"
Als Dingeman benoemd is, gaat hij op weg naar Parijs. Over de reis brengt hij
verslag uit aan zijn ouders. De tocht voerde per schip naar Tholen, vervolgens
reisde hij naar Bergen op Zoom, waar hij bij bekenden logeerde. De postkoets
ging echter pas 1 april naar Antwerpen en dat was voor hem te laat. Er was wel
een alternatief, maar dit zou 12 gulden kosten voor een chais (zitplaats), hij vindt
dit te veel. Een knecht van zijn vrienden lukte het om een voerman te strikken,
die 10 gulden vroeg; Dingeman was hier verontwaardigd over, want met de post
koets zou het slechts 3 gulden geweest zijn. Een pleister op de wonde was dat
de koetsier hem Antwerpen liet zien. De volgende dag vertrok hij met doorgaan
de diligence naar Parijs. De methodische Dingeman hield een boekhoudkundig
verslag bij van de reis. In totaal waren de kosten 63,12; diligence, overnachting-
kosten en de maaltijden, hiervan werd het leeuwendeel ingenomen door de ver
voerskosten ruim 50 gulden, de fooi aan de postiljon inbegrepen.
In Parijs meldde hij zich bij de Hollandse ambassadeur, die hem vertelde dat hij
de eerste was, hij moest zich zolang maar in de stad vermaken. Zo uit de brieven
te vernemen maakte Parijs in al zijn pracht en praal van paleizen en parken een
22