school bij M. Söhngen was, dagt ik niet dat ik ooit zoo veel gezien zou hebben als ik teegenswoord zie, al hoewel ik altijd zin gehad heb om de waereld te zien, ik zoude wel willen, dat als ik hier mijn studie gedaan had, dat de Kooning ons na Turin in Italien, nog een jaar op de veeartsenij school stuurde, mijn cameraaden zijn net als ik en wij spreeken er dikwijls over. Men spreekt hier niet veel over den tijds. Maar jongensdromen hielden geen rekening met de roerige tijden en snel wisse lende politieke situatie. Het zou allemaal anders lopen op den duur. Maar voorlo pig was het nog feest. Heel Parijs was in beroering door het huwelijk van Marie- Antoinette en Napoleon in april 1810. "Ik zoude zo gaarne gewild hebben, een van UEd alle bij mijn te hebben, met het feest van de trouwdag van zijne Majesteit den Keijzer, 't geen UEd wel denken kunt dat zeerpragtig was, er waaren Millitaren op twee rangen geplaast van het paleijs des thuillerien tot aan Saint-Cloud, het welke twee uuren wijd is, tusschen welke de cortege gepasseerd is. Er waaren 4 7 rijtuigen daar geen onderscheid in was, allemaal met 4-6 en 8 paarden bespanne, die van de Keijzerin was voor dien van de Keijzer, maar er was geen mensch in en de Keijzerin was met de Keijzer in het zelfde rijtuig, ik heb ze beide zeer goed gezien, en zij is een schoon mensch, na de middag hebben zij zig beiden aan het volk getoond, geduurende een halfuur en de cavalerie van de garde heeft voor haar gedefileerd, s 'avonds was de gansche stad geïllumineerd, de thuileerien, het paleijs van het wetgeevend lichaam waaren superbe en ik heb menschen van zestig, zeeventig jaaren gesproken, de welke ver klaarden het nooit zo gezien te hebben, er worden nog veel preparatifs gemaakt voor de feesten van de maand meij, die niet minder schoon zullen zijn. In dezelfde brief komt de toenemende Franse invloed in Nederland ter sprake, iets waar Dingeman zelf weinig problemen mee scheen te hebben. "UEd heeft mijn in uw brief van den maand maart verzogt om UEd eens te schrij ven wat dat ik. dagt van het zeegel dat de fransche douanen op u kistjes suiker gezet hebben, ik kan daar niet veel van zeggen, als dat het hier meest op alle koop- waaren gezet ivord, en ik. denk dat bij ons nu net als in vrankrijk gehandeld zal worden, dewijl ons land aan vrankrijk is overgegaan, men heeft hier veel hoop, op een algemeene vreede. Er is nog meer te doen. Zo vertelt Dingeman dat hij te gast is geweest op de bui tenplaats van de heer Talma, de eerste en meest geliefde acteur van Napoleon. Men krijgt de indruk dat de Hollandse gemeenschap in Parijs vrij hecht is. Ook deed hij er belijdenis. Er zijn op dat moment drie Nederlandse dominees in Parijs. Eenmaal komt hij in geldnood door een ongeluk. "De nood dwingt mij om weeder toevlucht tot UEd te neemen en UEd bijstand te verzoeken, dien UED nog nooit nagelaaten heeft mijn te geeven, gepasseerde week heeft het ongeluk gewild Dewijl wij s'avonds laat studeeren dat de taafel voor het bed stong en dat wij in 't slaap gevallen zijn, dat de kaars aan eene zijde is afge- loopen en op het bed gevallen is, heeft de deeken aangestooken en zo verder zo dat het bed omtrend gansch verbrand was de heer Goosman wierd wakker, waar ik thans meede op de zelfde kaamer en wij hebben de brand zaamen geblust, geluk kig dat het daar bij gebleeven is. De kosten vielen niet mee, temeer daar hij op dat moment weer schulden had bij de kleermaker. In de overlevering is het verhaal anders. Dingeman heeft met zijn Goudse pijp in bed gelegen, mogelijk hadden Goosman en hij wat wijn op, hij viel in slaap en de pijp viel uit zijn hand op de grond. We zullen het maar bij zijn eigen lezing houden. 25

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2004 | | pagina 27