'vande affslagh vajvde zouten visch ende haringh' de Zierikzeese visafslag en vismarkt door Adri P. van Vliet 5 Inleiding Eeuwenlang waren de visafslag op de haven en de vismarkt aan de Sint Domusstraat de ontmoetingsplaatsen voor de inwoners van Zierikzee. Bijna iedereen in de stad was namelijk direct of indirect bij het wel en wee van de zee visserij betrokken. De auteur van de Tegenwoordigde Staat der Vereenigde Nederlanden (1751) verwoordde deze relatie als volgt: 'Wanneer men hier by aanmerkt dat de vischschepen altyd, ten zy by buitengewoone ongelegenheden, in hun eigen haven inkomen, en van daar wederom telkens worden uitgereed, en dus alle derzelver vertier in den boezem der stad en hunner ingezetenen brengen, is het ligtelyk op te maaken, dat by de wel- of kwaalyk vaart der vis- schery, tevens de winkeliers en ambagtslieden, die daar van ten grooten deele hun bestaan hebben, en ook de stad in haar inkomsten, een merkelyk steunsel genieten en missen'.1 Met hun hoekers en buizen kozen de Zierikzeese vissers het ruime sop om met name kabeljauw en haring te vangen. De vangsten werden als verse vis of in gezouten vorm aangevoerd en via de visafslag en vismarkt verkocht. Daarnaast werden andere zeevisssen als heil- en tarbot, schol en tong aan wal gebracht. Ook meer onbekende vissoorten als bolk, molenaar en spiering werden te koop aangeboden. Zoetwatervissen als eist, zalm, karper en paling werden eveneens verhandeld. De Vismarkt omstreeks 1910. (Coll. Gemeentearchief Schouwen-Duiveland, Zierikzee).

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2004 | | pagina 7