'De opgravingen vonden plaats in een grote werkput (links) en een diepe sleuf rechts
(Coll. Gemeentearchief Schouwen-Duiveland. Zierikzee)
recente, maar ook eeuwenoude, die zij opgroeven op plaatsen waar vroeger een
kerkhof had gelegen (op bestaande begraafplaatsen mocht men immers niet gra
ven). Dus was het logisch dat Vinken met Huizinga in het voorjaar van 1951
meeging naar Nieuwerkerke op het Zeeuwse eiland Schouwen. Maar Vinken had
nog een ander doel dan het meten van schedels. Het ging hem om de anatomie
van het lumbale wervelkanaal (dat is het ruggenmergkanaal in het onderste
gedeelte van de ruggengraat, ter hoogte van en vlak boven het bekken). Voor de
reden van die belangstelling moeten wij drie jaar teruggaan in tijd.
In 1948 zag Henk Verbiest, neurochimrg aan de Utrechtse universiteitskliniek,
drie patiënten die snel moe werden van staan of lopen. Hun benen werden slap
en ze kregen er een doof of tintelend gevoel in. Als ze gingen zitten, verdwenen
de klachten. Hij maakte contrastfoto's van het laagste stuk van het wervelkanaal
en zag dat het halverwege vernauwd was, als bij een zandloper. Daardoor was
het zenuwstelsel ter plaatse in de verdrukking gekomen. Het vernauwde stuk van
de wand verwijderde hij operatief, waarna de klachten waren verdwenen. Dit
was een interessante vondst. Het ging hier kennelijk, zo stelde hij niet zonder
trots, om een nieuw ziektebeeld. Verbiest nam aan dat die abnormale vernau
wing in het midden van het lumbale wervelkanaal aangeboren moest zijn. Maar
dat riep de vraag op hoe het kanaal er bij normale mensen uitzag. De normale
vorm zou alleen gevonden kunnen worden door metingen aan een groot aantal
wervelkolommen en daarvoor moest hij in het Anatomisch Laboratorium zijn, en
wel bij de hoofdassistent die zich voornamelijk bezighield met metingen aan het
menselijk lichaam.
Dat Verbiest bij Huizinga aanklopte voor meer informatie over de afmetingen van
het wervelkanaal, was een gebeurtenis die indaik maakte. Verbiest, met zijn
geweldige postuur, stapte uit zijn in de hele stad bekende, grote, zwarte
Amerikaanse auto. Hij was een bekende persoonlijkheid in het universitaire
Utrecht en zijn nieuwe specialisme, de neurochirurgie, genoot het hoogste aan
zien van alle medische vakken. Daarmee vergeleken behoorde een niet-klinisch
88