Dialectonderzoek en het dialect op schouwen-
DUIVELAND ANNO 2004
door drs. Rob C. van Leeuwen
Inleiding
Taal is voortdurend in beweging. Er is geen enkele generatie die net zo spreekt
als de vorige. Voor de twintigste eeuw was er sprake van langzame taalveran
deringen. In de twintigste eeuw is er wat dat betreft sprake van een breuk met
het verleden. Sinds de jaren zestig van de twintigste eeuw is er door schaalver
groting van het maatschappelijke leven, de verhoogde graad van scholing, de
toenemende mobiliteit en de opkomst van radio en TV een taalverandering van
een zo'n grote omvang op gang gekomen die we niet eerder op die schaal in de
historie zijn tegengekomen. De eeuwenoude traditionele dialecten die zo ken
merkend waren voor agrarisch gerichte plattelandssamenlevingen, worden steeds
meer aangepast aan de eisen van de tijd. Die aanpassing voltrekt zich dan staps
gewijs richting Standaardnederlands.
Alvorens in te gaan op het dialect van Schouwen en Duiveland, zal ik dit dialect
in een wat breder kader plaatsen. In dit artikel zullen achtereenvolgens aan de
orde komen: het Zeeuwse dialect, het dialect op Schouwen en Duiveland. Het
accent in dit artikel zal liggen op de methodiek van dialectonderzoek en het dia
lect op Schouwen en Duiveland anno 2004. Daartoe zal een aantal items uit een
onderzoek ten behoeve van mijn doctoraalscriptie worden gepresenteerd.
Het Zeeuwse dialect
De dialecten van het zuidelijke Nederlands kunnen we ruwweg in vier grote groe
pen verdelen: Zeeuws (in Zeeland), Vlaams (in Frans-, West-, Oost- en Zeeuws-
Vlaanderen), Brabants (in Noord-Brabant, Antwerpen en Vlaams Brabant) en
Limburgs (in Nederlands en Belgisch Limburg).
Het Zeeuws dialect bestaat niet.' aldus Anneke Mol in haar studie 'De sociale
betekenis van het Zeeuws en het Nederlands in Zierikzee'. Mol verdedigde haar
statement met de volgende redenering: 'Er zijn in Zeeland vele dialecten: deze
zijn eilandgebonden en ook van plaats tot plaats verschillend.'
De laatste beweringen zijn helemaal juist, maar op zich lijkt de uitspraak dat
het Zeeuws niet zou bestaan wel wat erg kort door de bocht. Nadere bestude
ring van resultaten van dialectonderzoek in Zeeland heeft inderdaad geleerd dat
er nogal wat verschillen bestaan binnen het taalgebied van het Zeeuwse dialect.
Toch blijken de dialecten in de diverse Zeeuwse gebieden in talig opzicht der
mate veel overeenkomsten te vertonen, dat zeker gesproken kan worden van het
Zeeuws dialect. De in het Zeeuws taalgebied gesproken dialecten hebben name
lijk veel gemeen voor wat betreft klank en uitspraak, woordgebruik en zins
bouw.
P.J. Meertens zegt in een lezing 'Vlaamse invloed op de Zeeuwse woordenschat'
van 12 juni 1944 voor de dialectencommissie: 'Zo ligt al bij voorbaat de veron
derstelling voor de hand dat er een zeer grote verwantschap zal bestaan tussen
het Zeeuws en het Vlaams, in het bijzonder het Westvlaams. Deze veiwantschap
is dan inderdaad zo groot, dat ik me wel eens de vraag heb gesteld of men wel
het recht heeft, een afzonderlijk Zeeuws dialect aan te nemen, en dit veeleer
moet beschouwen als een onderdialect van het Westvlaams.' Meertens vraagt het
121