5. In een half uur doet Piet de hele boel afwassen, [ja - nee] 6. Zij doet altijd veel voor haar oom. [ja - nee] 7. Hij doet dat om je te plagen! [ja - nee] 8. Doe jij nog even de bloemen water geven? [ja - nee] 9- Op school doen wij al voldoende, [ja - nee] Verklaring: zinnen met perifrastisch doen te infinitiefconstructie in het dialect van Schouwen-Duiveland De niet qua lettertype afwijkende zinnen zijn correcte zinnen met de functie van afleidingszinnen. Test 4. Invult est Grammaticaal aspect: morfo-syntactisch aspect: In test 4 kwam de variabele vorm van de meervoudspronomina in de subjects- vorrn aan de orde. Het dialect van Schouwen-Duiveland, kenmerkt zich door nogal wat afwijkingen in de bewuste pronominale aanduiding ten opzichte van de standaardtaal. Doel invultest: Op Schouwen-Duiveland komen verschillende vormen van de persoonlijke voor naamwoorden lste, 2de en 3cle persoon meervoud voor. Met deze test werd nage gaan waar de diverse vormen, verspreid over de diverse subregio's en leeftijds groepen van dialectsprekende inwoners van Schouwen-Duiveland, van persoon lijke voornaamwoorden voorkomen. Wijze van afnemen test: De informant kreeg van de interviewer een negental zinnen op papier aangebo den. Daarna las de informant zin voor zin voor en gaf per zin aan welke vorm van het persoonlijk voornaamwoord hij of zij zou gebruiken.Vervolgens omcir kelde de informant het gekozen voornaamwoord. Tot slot van deze test las de informant alle zinnen, maar nu vertaald in dialect, voor. Op deze wijze had de informant nog een extra controlemogelijkheid om vast te stellen of hij bij de eer der gemaakte keuze zou blijven. De opdracht bij deze test luidde: Omcirkel in de volgende zinnen het woord dat je in dialect zou gebruiken! 1. [ons - wullie - wij - mun - wulder -wilder-we] bleven gisteren thuis. 2. Varen [jullie - julder] volgende week naar Veere? 3. Er wordt verteld dat [zullie -zij - zulder - zie - hun - ze] de fout gemaakt hebben. 4. Ze wist dat [ons - wullie - wij - mun - wulder - wilder - we] zouden komen. 5. [jullie -julder] kopen altijd groente op de markt. 6. Waarom maken [zullie -zij - zulder - zie - hun - ze] toch altijd problemen? 7. Zullen [ons - wullie - wij - mun - wulder -wilder - we] naar jou toekomen? 8. [zullie -zij - zulder - zie - hun - ze] hebben die foto gemaakt. 9. Zij zeggen dat [jullie - julder] het gedaan hebben. Test 6. Vertaal- en boordelingstest Grammaticaal aspect: lexicologie Met test 6 werd een aantal lexicale afwijkingen onderzocht van het dialect van Schouwen-Duiveland, ten opzichte van de standaardtaal. Het betrof hier zowel inhoudswoorden als uitdrukkingen. Doel vertaal en beoordelingstest: 1. Nagaan of bepaalde dialectische woorden of uitdrukkingen in de onderzochte subregio's en leeftijdscategorieën nog bekend zijn. 131

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2005 | | pagina 133