mediam ecclesia de Nova Duvelandia. Absentia et officiatio ej. cum non obstan te. 4 scuta." (de kerk van de heilige Judocus. 1405-1606. Dienstaanvaarding van Johannis van Weerthusen in het midden van de parochiekerk van Nieuw- Duiveland. Afwezigheid en dienstaanvaarding zonder bezwaar. 4 sacuta.) Dan een administratief hiaat. In 1440 komt magister Nicolaes, die waarneemt voor heer Johannis Vriese in het Schouwse deel. Let wel, 'heer' kan hier betekenen kanunnik-1 of priester, een geestelijke dus, en soms zelfs de ambachtsheer, een leek! In hetzelfde jaar neemt magister Hugo de dienst waar in de dorpskerk, de kerk van Sint Jodocus. Interessant is dat het steeds gaat over 'waarnemen van'. Verderop meer daarover. De vervanger is als het ware ingehuurd en krijgt voor het werk in de parochie betaling van de permanent afwezige. Deze laatste ont vangt de inkomsten uit de kerk. De aanstellingskosten zijn steeds uitdrukkelijk vermeld in 'scuta', 'schilden', een middeleeuwse munt. Deze benaming is te ver gelijken met 'escudo', de onlangs afgeschafte Portugese munt. Bij de indienst treding van Johannis van Weer(t)husen staat expliciet vermeld dat zijn absen teïsme en waarneming zonder bezwaar zijn van het kapittel van Oudmunster van het bisdom Utrecht.' Kosten van aanstelling bedragen 4 scuta. En zo vol gen de opsommingen van de gemaakte kosten bij de benoemingen en de offici ële aanstellingen elkaar op, met de afkondigingen ervan aan en door de pastoors van de naburige parochies. Niet al deze rekeningen zijn bewaard gebleven. De namen van de benoemden evenmin. Dit zijn de bekende namen, volgend op de eerstbekende benoemingen in 1405 en 1440, met een verkort overzicht van de bizonderheden: 1475: Egidius Heren voor het Schouwse deel na het overlijden van magister Hugo Willems. 8 scuta. 1486: Magister Anthonius Pieterse, priester in de kerk van Oosterland na de dood van magister Egidius. Betaald 10 scuta. Akte gemaakt op 18 juni. 1497: Nicolaes Chussing, priester in de kerk van Oosterland na het overlijden van Anthoni Pieterse. En is betaald 5 scuta. Akte gemaakt op de 6e zon dag na Allerheiligen. 1516: Cornelis Golinus in de kerk van Oosterland na het overlijden van Nicolaes Chussing. 9 scuta. 1529: Quirijn Joossen, priester, in de vacature na het zich vrijwillig terugtrekken van heer Nicolaes Michaels, kanunnik te Veere. 9 scuta. 1531: de officiële aanstelling van heer magister Johannis Freyaert volgt na het overlijden van heer Cornelis Johannis. 6 scuta. 1539: de afkondiging aan de pastoors in de naburige parochies van de officiële aanstelling van heer Daniël Daniëls in de vacature in het Duivelandse deel van de parochie van Oosterland na het overlijden van Johannis Freyaert. 6 scuta. 1554: de aanstelling van heer Cornelis van der Abbingen in de vacature na het overlijden dan wel wegens het zich vrijwillig terugtrekken van pries ter Quirijn Joossen, als laatste eigenaar en waarnemer. Hem hoeft niets te worden betaald omdat de eerwaarde heer proost6 - met dank aan heer Maximiliaan van Bourgondië, (leenman van Duiveland van 1540 tot 1558) - tijdelijk te Beveren - als patroon van de kerk. de aanstellingskosten op andere wijze betaalt, dan wel kwijtscheldt het bedrag van 9 scuta. 1555: de afkondiging en officiële aanstelling van heer Philippus Adriaense tot priester in het Duivelandse Nieuwland na het overlijden dan wel het vrij- 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2005 | | pagina 18