midabel. De eerste tocht door de stad werd een triomfantelijke mars, die
groot enthousiasme bij de inwoners teweegbracht en zo was het: „perfectement"
en het „trés bien" (erg goed) niet van de lucht'. Vijf jaar later was het succes nog
groter. Als we tenminste de Zierikzeesche Nieuwsbode van 19 mei van dat jaar
mogen geloven. Ook de bezoeken in 1975, 1980, 1984, 1989 en 1990 verliepen
succesvol. Iedere keer weer staan in de krantenverslagen woorden als 'enthou
siasme, lofuitingen, hoogtepunt, zegetocht en formidabel'. Aan het Engelse
Hatfield werden minder bezoeken gebracht. Pas in 1979 reisde Kunst en Eer
voor het eerst af naar deze jumelage-plaats. In 1986 volgde een tweede bezoek,
maar daarbij is het tot dusver gebleven.
En dat er uit de jumelage inderdaad vriendschapsbanden ontstonden bewees
vooral Co Lokker. Tijdens het eerste bezoek van Kunst en Eer aan Sint Hilaire in
1959, liep hij de Franse Simone tegen het lijf. 't Was liefde op het eerste gezicht
en de ontmoeting werd in I960 bezegeld met een huwelijk en de opening van
een hotel-restaurant in Saint Hilaire met de toepasselijke naam "Du Jumelage".
Slot
'Bij voorkomende gelegenheden ter verhooging van den openbaren luister en
andere genoeglijke eindens dienstbaar te zijn'. Dat was 175 jaar geleden de
belangrijkste doelstelling van de oprichters van Kunst en Eer. En ook al vindt niet
iedereen het allemaal even mooi, niemand kan ontkennen, dat het muziekgezel
schap zich altijd heeft ingezet voor die doelstelling. Wrang was het dan ook voor
het bestuur om eind 2003 een briefje te ontvangen van de Zierikzeese onderne
mersvereniging, met de boodschap, dat geen gebruik zou worden gemaakt van
de diensten van het korps bij de intocht van Sinterklaas. Met dit briefje kwam
een eind aan een jarenlange traditie. Want de jaarlijkse intocht eind november
hoorde er helemaal bij voor Kunst en Eer. Net als het spelen op Koninginnedag
en tijdens de Avondvierdaagse.
In de PZC van 13 november 2003, verklaart het bestuur van het Zierikzees
Ondernemers Collectief, dat het te maken heeft met het tempo waarin het
muziekkorps loopt, 't Gaat te snel voor de Sint. Daarbij komt nog, dat het
muziekkorps geen feestmuziek speelt en dat de samenwerking al een tijdje moei
lijk liep. Ingezonden brieven vanuit beide kampen waren het gevolg. Een artikel
waarin Sinterklaas zelf zijn ongenoegen uit over alle commotie in Zierikzee, ver
scheen later in de PZC en als klap op de vuurpijl waren al deze perikelen ook
nog een keer het onderwerp van de humoristische strip Koen Harm in de
PZC.
Het is nog te kort geleden om uit deze geschiedenis conclusies te trekken. Maar
de kans is groot, dat het bij de viering van het volgende jubileum, niet meer dan
een smetje op het blazoen van de nu 175-jarige zal zijn. Want 'de muziek' heeft
in het verleden zwaardere stormen meegemaakt. En altijd ging het na een moei
lijke periode weer bergopwaarts. De liefhebbers van de blaasmuziek en iedereen
die Kunst en Eer een warm hart toedraagt, hoeven dan ook niet bang te zijn, dat
het muziekkorps hetzelfde lot is beschoren als de Zierikzeesche Nieuwsbode.
Het verslag van het laatst gehouden jubileumconcert, in de PZC van 18 april,
is wat dit betreft ook geruststellend. 'Duidelijk werd zaterdag in Onderdak in
ieder geval dat Kunst en Eer springlevend is en steevast aankoerst op het tweede
eeuwfeest in 2030.'
67