gans zijn gezin gebracht in rouw. Vaders, moeders, luistert allen naar dit treurig lied. En neemt een spiegel gij ook allen Wat door drank en twist geschiedt Refrein: Het kind sprak tot zijn vader, Oh vreselijk barbaar, Afschuwelijke verrader, O ivrede moordenaar Een zekere Klooster, gemeente politie, Standplaats Dreischor, in 't land Zierikzee, was gehuwd met P. van Nieuwenhuizen, maar haar huwelijk viel haar niet mee. Zij beweende het dag en nacht, had haar in verdriet gebracht, maar vol schrik, angst en vrezen, Dat doen ons de kranten lezen. Refrein: Het kind sprak tot zijn vader, o spaar mijn moeder zoet, ontneem toch niet haar leven, Vergiet toch geen onschuldig bloed. Een jonge vrouw, goed en braaf in 't leven, Werd bemind, geacht van iedereen, Maar nam de vlucht als hij kwam, woest en razend, Vloog zij weg en liep naar haar moeder heen, Op zekere dag besliste het lot haar leven O bitter kruis, besturing van het lot, Onlangs haar wreed van 't leven, Hij loste in haar borst een schot. Zo is de vrouw het leven benomen, Te Zonnemaire bij haar moeder thuis, Een ieder moet erover schromen, Dat treurig iets, dat droevig kruis, o wreedaard riep zij, spaar mijn leven, Ik heb u nooit dan goed gedaan, Maar ach, het smeken kon niet baten, Neen, riep hij, je moet eraan! Refrein: 84

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2005 | | pagina 86