als aardappels schillen of het aanspannen van paarden. Deze mensen werden
gedreven door haat tegenover het communisme en de leider van de Sovjet-Unie,
Josef Stalin. Uiteindelijk dienden tussen de één en twee miljoen onderdanen van
de Sovjet-Unie in de Duitse strijdkrachten. Vaak zijn zij aangeduid als verraders,
opportunisten, gelukszoekers die iedere vijand zouden dienen. Onder invloed
van de gruwelen van de oorlog is dit het beeld geworden van iedereen, die vrij
willig de Duitse kant koos of die sympathie koesterde voor het nationaal-socia-
lisme.5
Verraders kon men hen niet noemen, omdat Moskou hun geen hulp gaf.
Aanvankelijk ontkende de Sovjet-Unie zelfs, dat zijn soldaten door de Duitsers
gevangen waren genomen! Ook had Moskou geweigerd de Geneefse Conventie
(1929) te tekenen. Het was derhalve niet reëel van de gevangen soldaten te ver
wachten, dat ze zich loyaal jegens de Sovjet-Unie zouden gedragen.6 Bovendien
had de doorsnee Rus vanaf 1917 alle kans gekregen om een diepe haat tegen
het communisme op te bouwen. Een oekaze van Stalin uit augustus 1941, waarin
iedere in Duitse krijgsgevangenschap geraakte Russische soldaat met represailles
werd bedreigd, bevorderde evenmin het vertrouwen in de sovjetautoriteiten.7 Bij
de Kaukasische minderheidsvolkeren speelden daarenboven onafhankelijkheids-
idealen een rol. Zo beschouwd was indiensttreding bij de Wehrmacbt niet onlo
gisch. Prettige bijkomstigheid was dat men de gevangenkampen achter zich liet.
Belangrijk voor dit artikel zijn de militaire eenheden. Reeds vanaf oktober 1941
waren Russische, Oekraïnse en Wit-Russische troepen achter de Duitse linies
ingezet tegen partizanen. In december 1941 deden andere sovjetformaties dienst
in de voorste gelederen en de Duitse legerleiding toonde zich tevreden over
hun inzet. Duitse officieren die verder keken, wezen op het politieke belang
van deze troepen, immers, zouden de soldaten van het Rode Leger wel vechten
tegen hun overgelopen landgenoten? Kortom, welk een kans lag hier om de oor
log te winnen!
De sovjettroepen die in de Wehrmacbt streden, waren verdeeld in Ostbataillone
en Turk-Bataillone. De verhouding tussen de Ostbataillone en Turk-Bataillone
was 30:70. Eerstgenoemde die vooral uit etnische Russen bestonden, laten wij
buiten beschouwing. De laatstgenoemde categorie was samengesteld uit een
heden van de vele minderheden uit de Sovjet-Unie. Vanaf 1942 kwamen er
nationale legioenen, de Ostlegionen, zoals het Turkestaanse, het Kaukasisch-
Mohammedaanse, het Georgische, het Noord-Kaukasische en het Armeense
Legioen. In Radom, een plaats op ongeveer 200 kilometer ten zuiden van
Warschau, kwam een overkoepelend orgaan van de nationale strijdmachten.
Deze bataljons telden doorgaans tot 1000 mannen. Duitse bataljons waren onge
veer 730 man sterk.
Rekrutering en betrouwbaarheid
Tienduizenden Armeniërs waren in de eerste oorlogsmaanden gevangen geno
men. Een van hen verhaalde, hoe hij met anderen in een gevangenen-kooi werd
gesmeten en net zo werd behandeld als de ongelukkigen in Bergen-Belsen of
Buchenwald. Het enige drinkwater bestond uit gesmolten sneeuw. Een andere
Armeniër, Andranik geheten, vertelde: 'ik heb gezien, dat iemand met een mes
een stuk bil van een menselijk lichaam sneed en het als een uitgehongerd roof
dier opvrat.'8 Zo liepen de sterftecijfers onder de Armeniërs en de andere min
derheidsvolkeren hoog op, soms zelfs tot 80 procent. Dit waren de verhalen die,
90