In organisatorische zin was de Maatschappij uitstekend voor deze taak berekend. Haar gedecentraliseerde opbouw maakte het mogelijk om in tal van plaatsen spaarbanken op te richten. Bovendien liet de affiniteit met de filosofie achter het sparen vermoeden dat de leden van de Maatschappij zich belangeloos voor de oprichting van de banken zouden inzetten. Zoals de voorbereidingscommissie van het hoofdbestuur hen typeerde: 'menschen die bij een bekende financiële soliditeit menschlievendheid genoeg bezitten om zonder verdiensten deze posten op zich te willen nemen.' Toch had de commissie haar twijfels of de spaarder zijn geld wel aan vreemden zou willen of kunnen toevertrouwen, omdat het denkbaar was dat de geldbewaarders de verleiding van een graai in de kas niet konden weerstaan. In de algemene ledenvergadering van de Maatschappij in 1817 was het idee van 'Hulp- en Spaarbanken' positief ontvangen, maar pas toen de koning het initiatief omarmde en de landelijke uitvoering ervan aan het Nut toevertrouwde, gingen de meeste departementen enthousiast aan de slag. Workum en Haarlem hadden de primeur en richtten als eerste begin 1818 een bank op.' Vele andere departementen volgden, waaronder Zierikzee. Een kist met drie sloten De Franse bezetting en de oorlog met Engeland hadden de Zierikzeese kabel jauwvisserij de nekslag gegeven. De armoede onder de bevolking was groot. Tijdens de strenge winter van 1816/1817 moest men voor meer dan 5000 gulden aan levensmiddelen en turf uitdelen onder tweeduizend ingezetenen, op dat Een met drie sloten voorziene kist. De burgemeesterskamer anno 1921. Deze kist van de Slavenkas (Maritiem Museum Zierikzee) is daarmee vergelijkbaar. 9. In sommige publikaties wordt ook het jaar 1817 genoemd, G.A. Kemper vermeldt, als enige, in zijn geschiedenis van de Vlissingse bank zelfs exacte data: Workum 10 november 1817 en Haarlem 17 december 1817. Ik heb de bron hiervan niet kunnen achterhalen. P.N.Helsloot noemt in zijn geschiedenis van het Haarlemse Nutsdepartement '1818 als oprichtingsjaar van de Haarlemse bank. 18

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2005 | | pagina 20