dat ze voorstelde voor tegoeden van boven de 1000 gulden de rente slechts te
verhogen tot 3,5 procent. Tijdens deze vergadering kwam een schriftelijk verzoek
van de plaatselijke 'Bank van Leening' op tafel om het voorhanden zijnde contante
geld en dat wat nog tot 1 juli binnenkwam te mogen lenen tegen een rente van
4,5 procent. Reglementair kon dit niet zonder speciale toestemming van het
Nutsbestuur. De commissarissen gingen onmiddellijk akkoord. De boekhouder
deelde de vergadering tenslotte mee dat het reservefonds van de bank 3154,44
gulden bevatte, ruim 3000 gulden minder dan in 1845. 7 Augustus kwam men
opnieuw bij elkaar. Het bestuur van het Nut had inmiddels de boeken over 1847
goedgekeurd en gaf toestemming voor een lening aan de Bank van Leening uit
het surplus van de kas, dus boven het bedrag dat de boekhouder in kas moest
houden voor zijn reguliere betalingen. De boekhouder meldde dat hij een bedrag
van 1200 gulden aan de Bank van Leening kon verstrekken tegen de afgesproken
rente van 4,5 procent onder voorwaarde dat men het geleende kapitaal onmiddel
lijk kon terugvorderen. Inmiddels was duidelijk dat de revolutie aan Nederland
voorbij ging. Koning Willem II had na één doorwaakte nacht besloten tot staats
rechtelijke heivormingen. De toenmalige liberale oppositie onder leiding van
Thorbecke kreeg de opdracht om een nieuwe, democratischer grondwet op te
stellen, waarbij de macht van de koning werd beperkt en Nederland kon worden
omgevormd tot een constitutionele monarchie. De koersen stegen onmiddellijk
zodat een opgeluchte vergadering van commissarissen op 29 januari 1849 kon
constateren dat de stand van de effecten zich bijzonder gunstig ontwikkeld had.
Men besloot daarom dat aan ieder die dat wenste zijn tegoed onmiddellijk 'a pari'
kon worden uitbetaald. Het uitgeleende kapitaal aan de Bank van Leening was
inmiddels opgelopen tot 2600 gulden dat men tegen de nog steeds geldende aan
trekkelijke rente van 4.5 procent graag bij die bank liet uitstaan. Een paar maanden
later kwam de Bank van Leening daar op terug. Ook zij hadden natuurlijk in
de gaten gekregen dat het economisch tij gekeerd was, en stelden daarom voor
28