DE SLAVENKAS EN DE ZlERIKZEESE ZIEKENHUISKWESTIE door Huib Uil In 1735 werd door de stadsraad van Zierikzee de Slavenkas opgericht, een fonds voor het loskopen van Zierikzeese zeelui, die in gevangenschap raakten van de Barbarijse zeerovers. De Slavenkas of Slavenbeurs werd gevoed door de afdrach ten van de zeelui, die vanuit Zierikzee aanmonsterden op een koopvaardijschip. Reeds in de loop van de achttiende eeuw kreeg het fonds een sociale doelstel ling. In 1851 werd een fonds ingesteld voor de weduwen van de zeelui, zodat ook zij een uitkering konden genieten. In 1910 werd besloten de toetreding tot het fonds niet meer toe te staan. Aan het eind van de jaren dertig was nog slechts één weduwe in leven. Met haar overlijden zou een einde komen aan alle uit keringen uit het fonds. De commissarissen van de Slavenkas begonnen zich te bezinnen over de toekomst van het fonds. Maar niet alleen zij. Ook anderen lie ten een begerige blik vallen op het vermogen van de Slavenkas. Een ziekenhuis in Zierikzee Pas in 1939 wisselden de commissarissen in een vergadering van gedachten over de toekomstige bestemming van de Slavenkas. De nog in leven zijnde weduwe J.W. Berwald-de Winter was inmiddels hoogbejaard. Voorzitter van de Slavenkas was het oud-raadslid H.J. Doeleman, directeur en eigenaar van Zeelandia, een fabriek voor bakkerijgrondstoffen. Hij was in 1929 tot commissaris benoemd en werd zes jaar later president. Bij zijn installatie had Doeleman, met gevoel voor humor, de hoop uitgesproken "in het gebruik" niet tegen te zullen vallen. De wijnhandelaar G. van der Vliet en de apotheker C. de Looze waren vanaf 1934 commissaris. Tenslotte R. Gerritsen, ontvanger der registratie en domeinen, die sinds 1938 deel uitmaakte van het bestuur van de Slavenkas. Hij was tevens lid van de gemeenteraad vanaf 1927 namens de Vrijzinnig Democratische Bond. Binnen het college van commissarissen waren er twee vacatures. R. Gerritsen H.J. Doeleman (Deze en andere foto's: Gemeentearchief Schouwen-Duiveland, Zierikzee) 105

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2006 | | pagina 107