bommenwerper tot twee mijl uit de kust voor Orford Ness in Zuidoost-Engeland door een ongeïdentificeerd vliegtuig gevolgd; mogelijk een Messerschmitt die ter onderschepping met nog een ander toestel was opgestegen.13 De tien minuten later opgestegen tweede Blenheim was een stuk minder fortuinlijk. Van dit toe stel werd in Engeland niets meer vernomen. Het staat vast dat Duitse jachtvlieg tuigen van de tweede Gruppe van het Jagdgeschwader 54 (II./JG 54) de trage bommenwerper hebben onderschept. Het is echter onduidelijk wie precies het noodlottige salvo heeft afgevuurd: op genoemde datum maakten zowel de com mandant van de 6./JG 54, Oberleutnant F. Eckerle, (vermoedelijk opgestegen van het vliegveld Vlissingen) als Oberfeldwebel M. Hauer van de 4./JG 54 aanspraak op een neergeschoten Blenheim in de omgeving van Haamstede. Geen van de drie bemanningsleden overleefde de crash. De vlieger, Pilot Officer J.D. Goode, lukte het nog wel om het vliegtuig te verlaten, maar hij bleef met zijn para chute aan het staartvlak van de Blenheim haken. Zwaargewond werd hij bij de wrakstukken aangetroffen. Een ziekenhuisopname mocht niet meer baten. Op 3 augustus werden de drie Britten in Haamstede begraven.14 Ook de volgende dag stond een bombardementsmissie naar vliegvelden in Nederland, België en Frankrijk op de battle order van de RAF. In totaal werden 36 toestellen ingezet. Een aantal keerde onverrichterzake terug, meestal vanwege gebrek aan bewolking. Drie Blenheims van het op Horsham St. Faith in Norfolk gestationeerde 18 Squadron kregen opdracht Haamstede te bombarderen. Twee De Blenheim-bemanning van het 82 Squadron op Bodney, die de succesvolle aanval op 7 augustus 1940 tegen Haamstede uitvoerde. Van link-s naar rechts: de waarnemer sergeant P.L. McFarlane; de vlieger Pilot Officer D.M. Wettings (midden) en de telegrafist-luchtschutter Sergeant P.K. Eamesffoto T. Botten via P.L. MacFarlane) ervan bombardeerden echter een alternatief doel: Waalhaven en Leeuwarden. De derde Blenheim waagde zich wel in de nabijheid van het Schouwse vlieg veld. De daar gestationeerde Messerschmitts van de 4./JG 54 lieten zich echter 54

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2006 | | pagina 56