De Nieuwerkerkse twee tegels brede pilaster werd ook wel in een enkelrijige uit
voering gemaakt, maar dan waren natuurlijk aanpassingen nodig van de afbeel
dingen op het piëdestal, zuilschacht en kapiteel (afb. 17). Een louter halveren
van de voorstelling was niet voldoende, een geheel nieuw ontwerp was noodza
kelijk. Wel wordt voor de afbeelding op het piëdestal deels weer dezelfde tegel
spons gebruikt, maar nu met weglating van andere erop voorkomende figuren.
Óp zowel de enkelrijige als de tweerijige tegelpilaster heeft de figuur van de
'een mand op het hoofd dragende vrouw' precies dezelfde hoogte. Er zijn inmid
dels van tegelonderzoek elders genoeg betrouwbare aanwijzingen verkregen dat
al het tegelwerk met de afbeelding van deze 'een mand op het hoofd dragen
de vrouw' gemaakt werd in het bedrijf van de gebroeders Jan en Bartholomeüs
Aalmis, dat gevestigd was op de hoek van de Schiedamsedijk en de Leuvehaven
te Rotterdam.14
In de boerderij gelegen op de Ring 30 te Noordgouwe waren tot 30 jaar gele
den nog de resten aanwezig van wat eens een tegelachterwand van een open
haardpartij moet zijn geweest. Aanwezig waren twee eenrijige pilasters van het
type met een kruisbloemetje boven-tussen de krullen van het Ionische kapiteel.
De zuil is getorst, ongemarmerd en met een rank omwonden waarop diverse
vogels zijn neergestreken. De pilasters zijn aan elkaar gespiegeld, het piëdestal
is bij beide pilasters verloren geraakt. In de rookbaan tussen deze beide pilasters
bevonden zich rozenster-tegels en heel opmerkelijk het door elkaar heen gebrui
ken van de drie verschillende typen15 van dit tegelsoort (afb. 18). Aangenomen
kan worden dat de schouw op zijn verticale boezemranden en de tegellambrise
ringen aan hun bovenrand afgezet zijn geweest met de lijsttegel type 'kolomhalf
je' (type Pluis A. 14.05.04), waarvan er naast de enkele pilaarrestanten en rozen-
ster-tegels nog zeer vele van aanwezig waren. De vermelding van het getal 13 op
de achterkant van de tegel met het kapiteel verraadt dat de pilasters inderdaad
13 tegels hoog zijn geweest. Ook laat de wijze van achterkantnotatie zien dat wij
hier te maken hebben met een in een Rotterdamse plateelbakkerij aangemaakte
pilaster.16 Dit type pilaster komt vaker voor in en rondom Rotterdam (afb. 19)17
en zijn over een langdurige periode gemaakt, zodanig lang dat men moet aanne
men dat ze na 1851 ook nog in het Delfshavense bedrijf 'Piet Hein' van Frederik
Jacobus Kleyn gemaakt moeten zijn.
Alhoewel het thans heet 'dat alle tegeltableaus in de tegelkamer van het muse
um te Zierikzee afkomstig zijn uit de hofstede de Hond te Dreischor' (Lunsingh
Scheurleer 1971) zijn er bij nadere beschouwing van het geheel zowel Utrechtse,
als iets oudere, in Rotterdam gemaakte tableaus aanwezig. Daarmee wordt de
kans dat het tegeltotaal een samenvoeging is van twee boerderijen wel erg groot.
Ook bij de in de haardachteiwand aangebrachte drie pilasters is de tweedeling
Utrecht-Rotterdam aanwezig. Het buitenste paar paarse éénrijige pilasters werd
in een Utrechtse tegelbakkerij gemaakt en dateert mogelijk uit de eerste helft van
de negentiende eeuw (afb. 20). De bovenste elf tegels zijn origineel en tonen
een ten opzichte van elkaar gespiegelde afbeelding van diverse bloemen op een
geslingerde rank, die alleen slingert aan de voorkant van de niet gemarmerde,
maar wel gezwenkte zuil. De beide twee tegels hoge piëdestals ontbreken geheel
en daarvoor in de plaats kwamen twee tegels met gevleugelde kindfiguurtjes,
zogenaamde Cupido- of Amorfiguren. De afbeelding op de bijgezochte rechter
71