werden door militairen bewaakt. Hij bezocht Terneuzen, Goes, Middelburg en in Vlissingen, waar Belgische vluchtelingen aanwezig waren, leidde hij de diensten. Omdat het te gevaarlijk was met de boot te reizen, besloot hij niet naar Zierikzee te gaan. In de jaren die volgen begon het korps langzaam maar zeker een kwijnend bestaan te leiden. Behalve het steeds dalende aantal 'Strijdkreten' dat het korps verkocht, vinden we geen berichten meer in het Legerblad. En de keren dat Legerleiders Zeeland aandeden, lieten ze Zierikzee links liggen. Op 28 mei 1918 kreeg kapiteine Hofte vaarwelorders. Dat hield in dat ze naar een ander korps moest vertrekken. Zij ging naar Terneuzen en kreeg geen opvolgster. Omdat het korps financieel niet rond kon komen, besloot de Legerleiding het te sluiten. De poging een korps in Zierikzee te vestigen was uiteindelijk gestrand. Een kleine groep heilssoldaten bleef achter. Steeds opnieuw verzochten zij het hoofdkwartier officieren naar Schouwen-Duiveland te sturen. Echter zonder resultaat. Definitieve vestiging (1932-1940) In mei 1930 maakte de commandant van het Leger, commandant Bouwe Vlas in de Strijdkreet bekend dat het Leger een motorjacht had gekocht en dat dit vaartuig zou worden aangepast om gebruikt te worden als evangelisatieschip. Op 17 juni werd dit schip in gebruik genomen. Het kreeg als naam 'Febe'. Aan boord bevond zich een tent met 250 klapstoeltjes. De gezagvoerder was een ervaren officier. Verder bestond de bemanning uit een tiental jonge heilsofficieren. Zolang het weer het toestond trok de Febe door Nederland en legde aan in steden en dorpen. Daar werd de tent opgezet waar evangelisatieactiviteiten plaatsvonden. In de week van 8 juli 1932 deed de Febe ook Zierikzee aan. De evangelisatiecampagne werd geopend door de burgemeester J.C.A. Bannink. Deze actie was zo n succes dat de Legerleiding besloot het korps te heropenen. Luitenant A.H. Beekhuis en luitenant J.A. de Pree, die deel hadden uitgemaakt van het Febe-team, werden voor deze opdracht vrijgemaakt. Luitenant A.H.Beekhuis en luitenant J.A. de Pree. (Coll. Gemeentearchief Schouwen-Duiveland, Zierikzee.) 102

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2007 | | pagina 104