Fragment van een kelkglas op holle steel uit de 13e14e eeuw. Rechts reconstructietekening op basis van vergelijkbare buitenlandse vondsten (bron: De koning et al. 2007). Onder de overige bijzondere vondsten uit de grachtvulling bevinden zich een tinnen bordje, twee poten van bronzen grapen of kookpotten en een zilveren gesp. Ook deze vondsten wijzen op de hoge status van de bewoners van de werf. Een muntbalans en een muntgewicht, eveneens uit de gracht afkomstig, kunnen erop duiden dat de bewoner van de adellijke werf een deel van zijn inkomsten (o.a.) uit de handel verwierf. Een zeldzame vondst is het tinnen figuurtje van een zegenende bisschop,16 het zogenoemde Sinterklaasje, dat reeds ten tijde van de opgraving zeer in de belangstelling stond. Het figuurtje heeft waarschijnlijk onderdeel uitgemaakt van een privé-altaartje. Opvallend is dat in de bekende historische bronnen geen melding wordt gemaakt van een adellijk goed op deze plaats. Over de reden hiervoor kan slechts worden gespeculeerd. Het is verleidelijk te veronderstellen dat de bewoners mogelijk in een politieke twist de verkeerde kant hadden gekozen en de werf als gevolg van deze keuze later werd geslecht. Zoals uit de vulling van de beide gracht(del)en kan worden afgeleid raakten deze in het eerste kwart van de I4e eeuw buiten gebruik. Reeds kort daarna, nog in de eerste helft (en dus waarschijnlijk in het tweede kwart) van de 14e eeuw, was het terrein bebouwd met houten huizen.17 De afzonderlijke erven waren gescheiden door (percelerings?-)greppels en voorzien van enkele mest- en andere kuilen. De enige aangetroffen waterput behoorde waarschijnlijk tot een perceel waarvan de bebouwing zich buiten het opgegraven terrein bevond. Deze waterput was, evenals één van de houten wanden van een van de huizen, op de vulling van de westelijke gracht geplaatst. Gelet op de, voor zover dit uit de resten kan worden Statuette van een devotie bisschop uit de gracht rond de adellijke werf. Ajbeelding op ware grootte (bron: De Koning et al. 2007). 10

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2007 | | pagina 12