Zierikzee en Bruinisse zijn destijds vanwege hun aparte dialectpositie, waar ik in
dit artikel niet verder op in zal gaan, huiten het onderzoek gehouden.
De informanten die deelnamen aan het dialectonderzoek waren verdeeld in twee
leeftijdscategorieën: een groep informanten van 20 - 30 jaar oud en een andere
groep informanten van 60 - 70 jaar.
Bij een dergelijke leeftijdsindeling van dialectonderzoek spreekt men in de dia
lectologie van een 'onderzoek in schijnbare tijd'5.
Opvallend is dat de van de standaardtaal afwijkende persoonlijke voornaam
woorden een sterk element vormen binnen het dialect van Schouwen-Duiveland,
dat wil zeggen dat veel van de dialectsprekers van jong tot oud gebruikmaken
van de dialectische vormen van het persoonlijk voornaamwoord meervoud. Wel
is gebleken dat het bij de ouderen (60-70 jaar) meer gebeurt dan bij de jongeren
(20-30 jaar).
Voor de le persoon meervoud komen we op Schouwen-Duiveland de volgende
vormen tegen: we, wij, mun (m'n, me), ons, wulder, wilder, ivullie. De vormen
van de 2e persoon meervoud zijn: jullie, julder en voor de 3e persoon meervoud
zien we: zij. zie, ze, zulder, zullie, hun.
Bij gebruik van hun is er mijns inziens geen sprake van een dialectische vari
ant, maar van een algemeen verschijnsel in het substandaard6. Een aantal van de
genoemde dialectische voornaamwoorden zien we terug in het 'ofwasstikje' van
Endrik: m'n, me, ons, wulder, julder.
N.B. De cursief gedrukte vormen zijn dialectvormen.
Het gebruik van dialectische vormen van persoonlijke in de subjectvorm meer
voud in de diverse subregio's door de twee leeftijdsgroepen en de totalen van de
beide groepen worden in onderstaande tabel weergegeven.
totaal
71,1
west
77,8
midden
65,6
oost
70,0
jong
52,6
oud
89,6
Tabel 1. Het gebruik van dialectische vormen van persoonlijke voornaam woorden in de subjectvorm
meervoud.
Uit bovenstaande tabel blijkt onder andere dat:
het aantal gebruikte dialectvormen voor persoonlijke voornaamwoorden in sub
jectvorm meervoud hoog is. In ongeveer 71 procent van de gevallen gebruikten
informanten tijdens het dialectonderzoek een dialectische vorm.
de verschillen bij het gebruik van persoonlijke voornaamwoorden in de subject
vorm van het meervoud in een dialectische variant tussen west/midden/oost zijn
significant De verhouding in percentages is afgerond 78 66 70. In het westen
wordt dus het meest gebruikgemaakt van dialectische vormen.
139