hun aanwinsten als filifolia-hybriden in de handel. De gebrs. De Graaf, inmiddels gefuseerd met S.A. van Konijnenburg, kruisten op grote schaal Hollandse irissen niet vroegbloeiende Spaanse irissen waaruit o.a. White Exelsior kwam, bekroond in 1920 die weer gebruikt werd voor kruising met Lusitanica Czie boven). Het vroeger of later in bloei brengen van irissen Irissen bloeien van eind mei tot begin juni. Het was dus begrijpelijk dat men zeer geïnteresseerd was in mogelijkheden om de bloemen het hele jaar door op de markt te kunnen brengen. Men zocht naar mogelijkheden om de bollen latei- in bloei te krijgen. Het was Prof. Blaauw in Wageningen die ontdekte dat irissen een ingebouwde wekker hebben wat betekende dat als de bollen blootgesteld werden aan verschillende temperaturen, ze vroeger of later in bloei getrokken konden worden. Dr. J.J. Beyer ontwikkelde daarvoor een standaardmethode. Met deze methode werden de bollen op de volgende manier behandeld: 2 weken bij 35 3 dagen bij 40, 6 weken bij 9 en tenslotte 2 weken bij 17°C. Deze standaard methode wist men in de vijftiger jaren zo te verbeteren dat men bloeiende iris sen in juli, oktober en november en Wedgwood zelfs in december, op de markt kon brengen. Kwekerijen werken nu met enorme gebouwen waarin grote cellen staan die op de juiste temperaturen ingesteld kunnen worden. De modernisering van het bedrijf' Na de tweede wereldoorlog kwam de mechanisatie op gang. Op de verlies- en winstrekening zien we in 1949 voor het eerst het woord vrachtauto. In 1950 ver anderde mest en stro in kunstmest en stro. Ook lezen we dat in 1950 voor een bedrag van 1259 bestuivingspoeder werd gekocht. Om dit poeder over het gewas te kunnen verstuiven werd via Anton van Waveren in Amerika een stuif- machine geïmporteerd voor 425. Verder lezen we dat in 1952 een transport- w-agen en een elektromotor werden aangeschaft, in 1954 een tractor, ploegen en een aanhangwagen, in 1955 een fraismachine en een telmachine en inl957 een hefwagen. In 1954 werd ook het planten en rooien van bollen veel minder arbeidsintensief omdat dat werk vanaf die tijd m.b.v. een tractor uitgevoerd kon worden. Voor het prepareren van de bollen om de bloeitijd te vervroegen of uit te stellen maakte men gebruik van het koelhuis 'IJsvries' in IJmuiden. In 1957 werd er behoorlijk verlies geleden, omdat de bollen verdroogd waren. Om dit in de toekomst te voorkomen werd een beregeningsinstallatie aangeschaft. Ook de schuur 'Winterrust" kreeg een nieuwe bestemming door de verbouwing tot drooginrichting voor gladiolenbollen. De binnenlandse handel en de export Met het ontwaken van de natuur, als de eerste groene puntjes van de narcis sen en de tulpen hier en daar door het strodek staken, ontwaakte ook de onrust in de 'bollenjongens'. De jaarlijkse reis moest worden voorbereid. Johan van Waveren was één van de handelsreizigers die in mei vanuit Hoek van Holland met de boot naar Engeland vertrok. Niet alleen het kweken van bollen was belangrijk, irissen en gladiolen en een kleinere hoeveelheid tulpen en crocus- sen, de handel bepaalde de winst of het verlies. Engeland bleef het belangrijk ste exportland, maar er werd ook geleverd aan de U.S.A. en Frankrijk In de zes tiger jaren ook aan Israël en Zuid-Afrika. Een groot deel van de bollen ging naar binnenlandse afnemers voornamelijk gevestigd in de bollenstreek en Noord- 76

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2007 | | pagina 78