'crisistijd' van de jaren dertig had ingezet, helemaal mis: de concrete oorzaak is niet
duidelijk geworden. De Zierikzeesche Nieuwsbode meldde in 1934 dat de
maatschappij in staat van faillissement was verklaard, en een maand later riep een
bericht in die krant op tot het indienen van schuldvorderingen.20 Zou men toch nog
iets hebben kunnen redden? In 1935 besprak de Zierikzeesche Nieuwsbode onder
de kop "Nieuw Haamstede. De badplaats in opkomst" de plannen van een nieuwe
Maatschappij die dezelfde naam droeg als haar voorganger, maar zich onderscheidde
door de toevoeging 'Zeebad'. Uit archiefstukken van de gemeente Haamstede blijkt
dat deze boven al meermaals genoemde maatschappij een dochteronderneming
was van de in Den Haag gevestigde N.V Maatschappij voor Hypothecair Crediet in
Nederland. Die laatste had het grondbezit van de failliet verklaarde vennootschap
overgenomen, behalve het vliegveld dat door de gemeente Haamstede was
aangekocht.21
Een nieuwe maatschappij, een nieuwe opzet
De nieuwe Maatschappij 'Zeebad Nieuw-Haamstede' kwam ook met nieuwe en
anderssoortige plannen, zij streefde in het haar toebehorende duingebied de
ontwikkeling van een recreatiewijk met villa's na. En zij deed dat in overleg met en
kennelijke instemming van het Haamsteedse gemeentebestuur. Dit had in 1935 zelf
journalisten uit het hele land uitgenodigd om kennis te maken met de omgeving en
met de uitbreidingsplannen voor zowel het dorp als de badplaats in spe Nieuw-
Haamstede. Hierbij werden kaarten voorgelegd en werd uitleg gegeven door
burgemeester Roëll en door architect Dirk Roosenburg (1887-1962) uit Den Haag.
Roosenburg, die zelf zijn vakanties overigens bij Domburg doorbracht, moet de
ontwerper van het plan voor de nieuwe badplaats zijn geweest. Hij is als architect/
ingenieur vermeld op een lithografisch gereproduceerd ontwerp van het gehele
Nieuw-Haamstede-project uit datzelfde jaar 1935.22
Het plan brengt in beeld hoe het door de nieuwe Maatschappij geplande Nieuw-
Haamstede er uit zou moeten gaan zien. Naast het vliegveld was een groot golfterrein
gepland en tussen de duinen en de vuurtoren een hotel met paviljoen en een park.
In de duinen langs de gehele noordelijke kuststrook waren op een aaneengesloten
reeks percelen van verschillende afmetingen woonhuizen ingetekend. De verklaring
op het ontwikkelingsplan noemt de verschillende types woon- of vakantiehuizen die
daar hadden moeten komen: "villa's met groote terreinen" en "villa's voor forenzen".
Ten noord-oosten van het vliegveld (richting Renesse) was iets verder van de duinen
een woonwijk gepland met "kleine villa's" en een groter aantal meer bescheiden
behuizingen, die door een weg van de villa's gescheiden waren - "de woningen der
verzorgers", waar blijkbaar het personeel van de villabewoners gevestigd zou zijn en
mischien ook wel een kruidenier. De plannen van de Maatschappij waren al
vergevorderd.
Roosenburgs ontwerp - een badplaats in de vorm van een villawijk - is vergelijkbaar
met de vormgeving van Noordwijk aan Zee en met een eerste plan voor Bergen aan
Zee. Het concept stamde uit de negentiende eeuw en was afgeleid van de Engelse
villaparken en tuinsteden. Bij een badplaats lag zo'n opzet zeker voor de hand
wanneer er sprake was van een locatie in nog vrij ongerept natuurgebied en niet van
de uitbreiding van een bestaand vissersdorp zoals in Scheveningen en Zandvoort. In
de jaren tachtig van de negentiende eeuw werd in het duingebied bij Noordwijk zo'n
villawijk aangelegd: hierbij werden de huizen op de duintoppen gebouwd. De reeks
"villa's met groote terreinen" die Roosenburg dicht bij de kust in de Verklikkerduinen
64