scandaleuse' van Schouwen-Duiveland met een glaasje wijn doorgenomen. Ook Wim de Vrieze hield zich niet onbetuigd met sappige verhalen uit de Westhoek. Deze goede sfeer was de basis voor goede kronieken. We hadden tussen 1983 en 1990 profijt van administrateur Tony Patmos, die naast het beheer van de penningen ook trefwoordenregisters samenstelde. En natuurlijk konden we steeds rekenen op de medewerking van het archief als het om oude afbeeldingen ging. De kroniek 1990 telde tien artikelen, een gevolg van een 'stuwmeereffect', omdat het jaar ervoor een themanummer was verschenen. In 1990 en 1991 schreef de gepensioneerde rector en leraar klassieke talen dr. C. van de Graaf twee mooie verhalen over de strijd te water en te land in 1575 en 1576 op Schouwen-Duiveland. De overgang in 1981 naar De Vries Drukwerk in Zierikzee leidde meteen tot een nieuwe opmaak van de kroniek. De variatie in kleur van iedere jaargang bleef, evenals het prentje van Pronk. In 1986 kwam de kroniek uit met een tekening van een plaatselijke kunstenaar. Dat waren achtereenvolgend Co de Voogd, Miems van Citters, Do van Rijn, Theo Voorzaat, Hetty de Wette, Hedi Bogaers en Arjen de Jonge; en nog steeds ieder jaar in een andere kleur. Ook hierin zocht de redactie naar nieuwe wegen om de kroniek aantrekkelijk te houden voor het lezerspubliek. In 1993 startte een nieuwe serie kronieken met een historische kaart van Schouwen- Duiveland door Jacob van Deventer als ondergrond van de omslag en ieder jaar weer in een andere kleur. Toen Wim de Vrieze in 1991 met het voorzitterschap stopte, nam de reeds tien jaar in de commissie werkzame (en inmiddels dr.) Ton Brandenbarg de hamer over. Onder zijn voorzitterschap verschenen vier zeer gevarieerde kronieken geheel volgens het ideaal van acht artikelen in zo'n 130 bladzijden. In hetzelfde jaar 1991 schreef hij over de geschiedenis van een schilderij uit de late middeleeuwen, dat in 1866 was verkocht en nu in de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België in Brussel hangt. Bij het artikel hoorde een losse kleurenbijlage van het drieluik 'Het Laatste Oordeel' (ca. 1500), waarvoor een aparte subsidie werd verkregen. Memorabel was de strubbeling met een zeergeleerde paleontoloog in Leiden die de eindredacteur een overdruk 'vdS' stuurde met de aantekening 'dat u toch zou denken ik zou niet weten hoe hyaena te spellen', terwijl cle spelling hyena al heel lang gold! Desondanks bestelde deze auteur, buiten kennis van de redactie, 100 overdrukken bij de drukker. In 1993 schreef drs. Peter Vleugel over vijftig jaar geschiedenis van de Vereniging Stad en Lande van Schouwen-Duiveland, waarin de opmerkelijke stijging van het aantal leden van 300 in 1970 naar 900 werd aangegeven: de uitgave van het jaarboek had zich vertaald in een grote ledenwinst. Eveneens in 1993 werd in een veelzijdig artikel over 'strao' een poging gedaan dit typische Schouwse dorpsfeest van 'het wassen van de paardenbenen in zee' te ontmythologiseren. Ik was dat jaar, 40 jaar na de watersnoodramp, tevreden met mijn bijdrage over de fotograaf Rykel ten Kate. Dr. ir. Ingenieur S.F. Kuipers (1917-2000) De bodemkundige Sjirk Kuipers kwam uit Friesland. Hij studeerde in Wageningen en werd in 1947 belast met een bodemkartering van Schouwen-Duiveland en Tholen. Dat had ook een praktische betekenis voor de landbouw, die na de oorlog meer moest gaan produceren. Daarna werd hij rijkslandbouwconsulent voor bodem- en bemestingsvraagstukken in Bennekom. De bodemkaart met uitvoerige toelichting vormde zijn proefschrift in I960. Dezelfde kaart werd gebruikt voor plan-Tureluur! 12

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2010 | | pagina 14