confrontaties met de vijand kwam het niet. Luitenant-kolonel Simonsz. heeft in deze jaren dan ook geen wapenfeiten meer op zijn naam kunnen schrijven. Intellectueel milieu De admiraal van Zierikzee was een geletterd man. Hij hield zelf de administratie van zijn landerijen, boomgaard, scheepsparten en van zijn compagnie. Waarschijnlijk las hij veel. Hij bezat voor zijn tijd een grote bibliotheek, die zich op de voorkamer in zijn huis aan de Oude Haven bevond. De boekerij omvatte Nederlandse (Duytse), Franse, Latijnse en Italiaanse publicaties over godsdienstige, theologische, historische, politieke en militaire onderwerpen. Veel van zijn boeken kunnen het etiket 'godsdienstig' opgeplakt krijgen. Het gaat om een 'Duytsche' bijbel, psalmboek en testament, een Franstalig Nieuwe Testament, twee boeken met christelijke sermoenen gemaakt door een minderbroeder en van de Franse Hugenoot Philippe de Mornay zijn Traité de la vérité de la religion chrétienne contre les athées, épicuriens, payensjuifs, mahométansetautresinfidèles. Simonsz. belangstelling voor geschiedenis moet tamelijk groot zijn geweest. Van de circa vijftig boekwerken kunnen er tenminste tien onder de rubriek historisch worden geplaatst. Het gaat om onder andere de Description du Pays Bas van Lodovico Guicciardini, twee delen vanjean Froissart'sKronieken betreffende de Honderdjarige Oorlog, eveneens over deze periode Charles Estienne's La Guide des chemins de France en een kroniek over het leven van keizer Karei V Militair van aard zijn twee delen van de Guicciardini's Guerres d'Italië. Voor zijn functie van baljuw van de Vierbannen zal hij de Practycke ende handbouck in criminele zaecken van de Vlaamse rechtsgeleerdejoos de Damhouder hebben gebruikt. Het enige literaire boek in zijn bibliotheek is de naar het Frans vertaalde ridderroman Amadis de Gaide van Garci Rodriguez de Montalvo. Daarnaast bezat Simonsz. enkele klassieken, zoals Herodotus, Appian Alexandrin en Marcus Aurelius. Opvallend is de aanwezigheid van een exemplaar van de Apologie van Willem van Oranje en een tweetal boeken van Machiavelli.29 Op elfjarige leeftijd stuurden Adriaan en Geertruid in 1596 hun oudste dochter Petronella naar de Latijnse school in Middelburg, die zojuist een nieuw gebouw had betrokken. Onduidelijk blijft waarom de ouders niet voor de Latijnse school in Zierikzee kozen, te meer omdat zijn broer Maarten Willem Simonsz. tot het college van curatoren behoorde. Rector van de Latijnse school te Middelburg was toen de uit Zierikzee afkomstige mr. Jacobus Gruterus. Zijn vader was enkele jaren predikant aldaar geweest. Als ondermeesters waren Jacobus Miggrodius en Jason van Lange- meersche aangesteld. Petronella stond in Middelburg bekend als 'Pierincken Admiraels', alias Van der Muyclen.30 Haar broer Willem mocht ondanks de 'trouble tijden ende oorloge' van zijn moeder en met toestemming van zijn voogden aan de Universiteit van Leiden gaan studeren. Samen met zijn stadsgenoten Petrus de Witte, Hieronimus de Hubert, Leonhardus Wissius werd hij in 1606 door rector Pieter Pauw (Petro Pavio) ingeschreven voor de artes liberales (vrije kunsten). De artes-faculteit was vooral bedoeld als voorbereiding op een latere studie theologie, rechten of medicijnen. Het eind van een universitaire studie was het behalen van een academische graad. In de praktijk rondden veel studenten hun studie niet af met een promotie. Het ging hen veelal om de algemene vorming, waarna de meeste studenten de universiteit verlieten. Ook Willem volgde dit pad en koos uiteindelijk net als zijn vader niet voor een wetenschappelijke maar voor een militaire carrière.31 29

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2010 | | pagina 31