last van Jan de Kok Rochusz. De eigenaar woonde een straat verderop, halverwege
de Korte Nobelstraat.23
De grootste plezierhof van Zierikzee die toen nog bestond, was die van Johannes de
Kanter aan de Lange Nobelstraat. In 1818 was sprake van 'een zeer fraaye thuin,
beplant met beste vruchtboomen en vreemde gewassen, gedeeltelijk op de Engelsche
wijze aangelegd, een daarin zijnde vijver met goudvisch, en een mooye koepelkamer,
voorts nog vier kleine huisjes'. De genoemde gebouwen bestaan tegenwoordig nog
steeds, op een van de vier woningen na. De koepel was een rechthoekig tuinhuis dat
aan de' tuinzijde is afgesloten met een half achtkant. Dit was gemeubileerd met een
uitschuifbare tafel en twee speeltafeltjes, alle van mahoniehout, twaalf stoelen en
twee fauteuils. Verder hing er een spiegel met vergulde lijst en was er een staande
klok te vinden. Voor een tuinhuis was dit
een kostbare inrichting: veel andere
waren gemeubileerd met oude spullen.
Deze tuin kwam in handen van Adriana
Dekker, vrouwe van Zonnemaire. Na het
overlijden van haar vader, de koopman
Jacobus Dekker, in 1830 erfde ze van
hem de buitenplaats Rustenburg onder
Noordgouwe, zodat ze twee buitenver
blijven had. Desondanks investeerde ze
veel in haar Zierikzeese tuin en liet achter
de koepel een nieuwe tuin aanleggen. De
hovenier Lambregt Leeuwe maakte er in
1831 een ontwerp voor. De tekening
toont een ovale kom achter de koepel.
Waarschijnlijk duiden de vormen binnen de slingerende paden groepen heesters of
bloemperken aan en de grote stippen de plaatsen van vrijstaande bomen. In perken
en potten had juffrouw Dekker de nodige bloembollen staan en op bollenveilingen
kocht ze soms flinke hoeveelheden.24 Het pad linksboven vormt de verbinding met
het gedeelte dat al eerder in landschappelijke stijl was aangelegd. Deze koepel
bestaat tegenwoordig nog.
In de jaren 1828-1839 ontstond op de voormalige wallen in twee delen een park,
waar de stadsbewoners in het groen konden wandelen en dat deels de functie van
de vroegere tuinen overgenomen zal hebben: de Wandeling en het Slingerbos. Wie
geen eigen tuin had, kon voorts terecht in de tuinen bij herbergen, zoals die van
Den Hollandschen Tuin aan de Lange Nobelstraat. Deze was in 1823 in handen
gekomen van Jan Smits. De tuin achter zijn nieuwe herberg was voorzien van
'aangename wandelpaden en prieelen; ook zal er geplaatst zijn een Russische
Schopstoel en meer andere vermakelijkheden'. Een kegelbaan en biljarttafel
17
Ontwerptekening voor de tuin van Adriana
Dekker aan de Lange Nobelstraat. Tekening in
kleur door Lambregt Leeuwe, 1833Midden
onderaan staat de koepel die achter de huizen
staat, en links daarvan is het hek dat toegang
biedt tot de steeg die de tuin met de straat
verbond. (Collectie Gemeentearchief Schouwen-
Duiveland, Zierikzee, THA 0238).