bijzondere klant in de winkel: prinses Irene. Zij was kort in Zierikzee, op doorreis naar de Westhoek. Daar vierde ze vakantie met haar studievriendin in de bungalow van diens vader, tandarts T. C. L. Hoekstra. Hein was toevallig degene die bediende. De prinses kocht twee doosjes profetenbrood. Hein had aanvankelijk helemaal niet in de gaten welk beroemd persoon voor de toonbank stond. Pas toen de dames vertrokken schoot het hem te binnen. Bovendien maakten anderen -die op het Havenplein een auto met nummer AA-10 geparkeerd hadden zien staan- hem hierop attent. Na de stormramp van 1 februari 1953 moest ook de familie Schürmann evacueren, ze kwamen in Rotterdam terecht. Hein verveelde zich daar enorm, hij wilde erg graag terug. Toen hij hoorde dat er behoefte was aan iemand die kookte voor de werk mensen van Rijkswaterstaat op Schouwen-Duiveland, meldde hij zich onmiddellijk aan. Het personeel waardeerde zijn kookkunsten zeer! Het was echter tijdelijk, want in augustus draaide de bakkerij weer! Verdiende rust Hein en Jans stopten drie weken na Heins 65e verjaardag, op 14 aug 1970. De advertentie die geplaatst werd, vermeldt dat het hen aan het hart ging en dat ze vele jaren met genoegen hadden gewerkt. Het was de afsluiting van meer dan 65 jaar bijzondere banketbakkerij traditie in Zierikzee. Velen in de stad ervoeren dit als een gemis, behalve de betreffenden zelf. De recepten veranderden van eigenaar: de florentines werden vanaf toen door bakker Boot in Ouwerkerk gemaakt, de Schouwse frou-frou door Van Helden in Middelharnis en het profetenbrood in Burgh bij bakkerij "In de Soete Suikerbol". Het onroerend goed aan de Mol werd verkocht aan de buurman en bij het belendende pand getrokken. Vanaf dat moment maakte het onderdeel uit van "Woninginrichting Tuinman en zoon". Jans en Hein hadden inmiddels Poststraat 56 gekocht, dat eerst 126 Bakkerij "In de Soete Suikerbol" aan de Ring in Burgh. "In de Soete Suikerbol". Aan de gevel bet bord dat jarenlang aan de gevel aan de Mol hing. (foto Bas Bijkerk)

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2012 | | pagina 128