echter niet aan hun lot overgelaten. Er werd een hulpcomité gevormd, waarin Commissaris van de Koningin Dijckmeester, burgemeester Hage, huisarts De Koek en schipper W. Otte Wzn. zitting hadden. Erelid werd het liberale Kamerlid R.J.H. Patijn voor het kiesdistrict Zierikzee. Het comité kreeg uit de directe omgeving, maar ook van ver daarbuiten vele-giften. De Vereeniging het Hollandsch Gezelschap te Berlijn zond/25, de Gemengde geheelonthouders Zangvereniging Streven naar hoger beloofde de opbrengst van een liefdadigheidsconcert in Rotterdam en de vrijmetselaarsloge Acacia uit diezelfde stad stuurde vijftig gulden. In een btief met vijf grote rode zegels van de Thesaurie van Hare Majesteit de Koningin, gedateerd 4 oktober 1911 zat een cheque ter waarde van 6.000, uitsluitend bedoeld voor de leniging van de nood te Bruinisse. De rest van de provincie kreeg nog eens/3.000 van Koningin Wilhelmina. De vaderlandse pers besteedde uitgebreid aandacht aan de Bruse ramp en op veel plaatsen werden steuncomités opgericht. Vele particulieren droegen bij, soms honderden guldens, soms wat spaarcentjes. De Amsterdamse dienstbode Wouters doneerde vier gulden en het Duo Rotowsky schonk de opbrengst van een concert in Alphen aan den Rijn, welgeteld twintig gulden en vierentwintig en een halve cent. Maar men ging ook praktisch te werk. Enkele weken na de ramp werd een openbare veiling gehouden van wrakhout en andere ongeclaimde spullen, die onder leiding van burgemeester Hage/47,60 opbracht. In totaal leverden de collecten, giften en schenkingen 174.545,17 op. Dat bedrag dekte niet de totale schade, maar was voldoende voor een doorstart, want enkele jaren na de ramp stonden er in Bruinisse nog bijna 130 vissersschepen ingeschreven. 83 De gevolgen van de stormramp. Op de voorgrond het lemmerjacht BRU 4, op de kade de blazer BRU 83 en de hoogaars de BRU 90. (collectie I. Jumelet, Bruinisse)

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2012 | | pagina 85