De jaren 1918-1929 waren in Nederland economisch gezien zeer voorspoedig
geweest. Er werd veel geld verdiend en dat geld moest ook weer belegd worden. Het
vinden van investeerders voor een vennootschap die de gronden onder Haamstede
zou ontwikkelen, was voor Dussel dan ook geen probleem. Hij benaderde relaties
in Groningen en in Den Haag. Binnen luttele maanden had hij het gewenste kapitaal
bij elkaar. De nv gaf zowel aandelen, waarvan het dividend zou afhangen van de
behaalde resultaten, als obligaties met een vaste rente van 6 procent per jaar uit. Aan
de volgnummers van de aandelen en de obligaties die aan de participanten werden
verkocht, is te zien in welke volgorde zij instapten. De eerste (wij zouden dat nu de
'launching customer' noemen) was tandarts Hoeksema, vervolgens de broers P.A.
en W. Dethmers, en P.J.W. Switters, Dussels mededirecteur bij Gruno's Grondbezit.
Allen woonden in Groningen. Daarna kwamen de Haagse relaties aan de beurt.
Het waren ondernemers uit de bouwwereld, een directeur van een zuivelfabriek,
drie artsen (onder wie Dussels schoonzoon U. Wynia), een architect, en één vrouw,
Louise Francoise Wins geboren Prins. Zelf namen Dussel en Tesselaar elk veertien
aandelen van duizend gulden af, en de zonen van Jan Dussel, T.C (Tobias) en
ir. C.J. (Kees), elk negen. De firma kreeg drie directeuren: Tobias en Kees Dussel en
J. Tesselaar. Gezamenlijk legden de participanten ongeveer 260 000 gulden in.
Dat bedrag was voldoende voor de aankoop, maar niet voor de ontwikkeling van het
terrein. Daarom werd nog een hypothecaire lening van 195 000 gulden opgenomen
bij de nv Maatschappij voor Hypothecair Crediet in Den Haag. Aanvankelijk zou
een directeur van deze Hypotheekbank, P. Schoon, zelf ook in de onderneming
participeren. Maar toen Tesselaar verklaarde blij te zijn hem aan boord te hebben
omdat dat wel eens handig zou kunnen zijn bij het heronderhandelen van de
hypotheek, zag Schoon het gevaar van een belangenconflict in en trok zich schielijk
terug. Op 12 augustus 1930 werd bij notaris Dalebout in Renesse de oprichtingsakte
gepasseerd. De onderneming koos de naam nv Land- en Exploitatie Maatschappij
Nieuw Haamstede. De akte vermeldde de namen en beroepen van de tweeëntwintig
participanten. De nv zou kantoor houden in Haamstede, met een bijkantoor aan de
Bazarstraat in Den Haag. De vennootschap kocht vervolgens de gronden van Jan
Dussel voor 220 000 gulden.
Projectontwikkelaars
Dussel en Tesselaar waren projectontwikkelaars, geen landbouwers. Hun streven
was om de grond in losse kavels te verkopen tegen een goede prijs. Uit een bewaard
gebleven handgeschreven notitie blijkt dat ze er ruim 700 000 gulden voor dachten
te kunnen krijgen. De hoogste prijs per hectare werd daarbij niet toegedicht aan
de terreinen waar vakantiewoningen zouden kunnen worden gebouwd, maar aan
de land- en tuinbouwgrond. Het was dus zaak te demonstreren dat de grond daar
geschikt voor was. Dat de zittende boeren er niet erg succesvol waren geweest deerde
hun niet; met de moderne technische middelen moest er meer van te maken zijn.
De nv zou zich als een soort modelboerderij gaan bezighouden met akkerbouw
in de schrale duingebieden, met de bloembollenteelt in de iets meer beschutte
gebieden rond de vuurtoren, en met de tuinbouw in het laaggelegen gebied bij
Lust en Leven, waar zich al een paar kassen bevonden. Die boerderij zou worden
omgebouwd tot hotel. De Duinhoeve zou voorlopig worden verpacht. Bij de vuur
toren zouden in het duin- en bosgebied vakantiewoningen worden neergezet. Daar
naast zou een gebied van ongeveer 15 ha geëgaliseerd worden om te dienen als
vliegveld. Een deel van de land- en tuinbouwgebieden kon worden verpacht, en
67