wordt zo nodig weer financiële hulp verleend voor het aanschaffen van ramen en het bouwen van kassen. De verkregen producten worden door tussenkomst der maatschappij eventueel rechtstreeks naar het buitenland verhandeld; een onder deskundige leiding werkende export-organisatie zorgt hiervoor. Voor het vervoer der primeurs is op eigen terrein een vliegveld aangelegd. De klm vervoert op zeer gunstige voorwaarden alle producten.' Het artikel geeft vervolgens niet minder dan tien redenen waarom tuinders zich op Nieuw-Haamstede zouden moeten vestigen: 1. uitstekende grond voor lage huur; 2. goedkope bewerking; 3. zo nodig wekelijks voorschot en financiële hulp; 4. het leveren van planten, zaden en materialen door de moedertuin; 5. voorlichting inzake keus van gewassen; 6. exporteren door tussenkomst der maatschappij; 7. het bouwen van woningen of het verstrekken van huisvesting; 8. de mogelijkheid om zelf eigenaar te worden; 9. goedkope werkkrachten; 10. een schitterende omgeving wat natuurschoon betreft. Dezelfde wervingsactie werd ook gehouden in de regio Hoorn-Medemblik. Uit eindelijk zouden vijf tuinders zich contractueel voor een seizoen vastleggen: Mantel, Roffel, Bos, Kok en Nijhoff. Ook gecontracteerd werden Johannes Bijma en zijn knecht Jan Kunst, beiden uit Zuidhorn, en Barten uit Den Haag, maar zij kregen een langduriger contract.3 Engelse pond gedevalueerd Intussen ging het steeds slechter met de economie. De Nederlandse regering wilde coüte que coüte vasthouden aan de gouden standaard; daardoor werd de gulden relatief duur en stond de export zwaar onder druk. In september liet Engeland de gouden standaard schieten; het pond daalde met 25 procent binnen een week. De devaluatie had grote repercussies voor de bloembollenteelt die afhankelijk was van de export naar Engeland. De bollen waren plotseling niet meer aan de straatstenen te slijten. Over het per vliegtuig exporteren van bloemen en aardbeien naar dat land hoefde de nv zich voorlopig geen illusies meer te maken. De nv liet aan de klm weten dat er het komend voorjaar geen sprake zou zijn van een 'geregelde en genoegzame toevloed van lading'. In zijn jaarrede verklaarde de burgemeester: 'De landbouw, tuinbouw en bollenteelt, de hoofdbronnen van bestaan in deze gemeente, hebben een ongekend slecht jaar achter de rug. Vooral de tweede zomerhelft is voor de prijzen en de afzet buitengewoon slecht geweest De kata- strofale daling van het Engelse pond op 22 september heeft zijn gevolgen geducht doen gelden.' Toen Kees Dussel begin januari 1932 na een bezoek aan Den Haag in Haamstede terugkeerde, lag er een onaangename boodschap op hem te wachten: de aannemers Bom en Van der Werf dreigden de nv failliet te laten verklaren omdat ze nog steeds niet betaald waren voor de eerste vier woningen en intussen wel materialen voor de volgende serie op het bouwterrein hadden staan. Ook aannemer W. Gilijamse kwam met een vordering. De nv bleek in een acute liquiditeitscrisis te verkeren. Het geld van de tweede hypotheek, opgenomen halverwege het jaar daarvoor, was op. Men kon het personeel niet meer uitbetalen, en de uitbater van De Schouwsche Boer kon geen grondstoffen meer inkopen. 'Nu ligt dan ook nagenoeg alles stil," schreef ir. Dussel aan zijn mededirecteuren, 'en van het zaaiplan kan niets komen.' Hij zag zich genoodzaakt het akkerbouwbedrijf, waarvan al duidelijk was dat het moeilijk winstgevend te maken zou zijn, onmiddellijk in te krimpen. Op twee na werden alle landarbeiders ontslagen (alleen Polderman en M. de Rijke mochten 74

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2013 | | pagina 76