WICEKMH*
I i KfT
Vliegtuigbommen en aanspoelende mijnen maakten de bevolking angstig en toon
den hoe relatief de Nederlandse neutraliteit was. In het voorjaar 1918 bestond zelfs
een reële dreiging dat Nederland alsnog de oorlog zou worden ingetrokken. Zowel
Londen als Berlijn oefende zware politieke druk uit op de regering in Den Haag.
Zeeland, in het bijzonder de Westerschelde, was de achilleshiel van de Nederlandse
neutraliteit, omdat de provincie kwetsbaar was voor zowel een Duitse aanval vanuit
België als een Britse aanval vanaf de Noordzee. Met het oog op de oplopende
spanningen versterkte de Nederlandse regering de verdediging van Zeeland.
Zeeuws-Vlaanderen, maar vooral Walcheren en de oevers van de Westerschelde
werden het meest versterkt, maar ook op de Oosterschelde had de marine een
kleine scheepsmacht verzameld om vijandelijke landingen op Walcheren en Zuid-
Beveland te hinderen.31 Dokter Van der Hoeven schrijft dat ook in Zierikzee passende
maatregelen werden getroffen. In geval van oorlog zou de stad dienen als een
evacuatiestation voor de gewonden, waarbij de Concertzaal als extra hospitaal zou
worden ingericht. Daarnaast werd in de Zuidhoek een verdekte batterij opgesteld
die het Havenkanaal moest beschermen.32 Om de paraatheid van de militairen op
Schouwen-Duiveland te testen werden in mei en juni 1918 schietoefeningen
gehouden met scherpe munitie in het duingebied van de Westhoek. Het oefengebied
werd afgezet met vlaggen om zo burgers op afstand te houden.
47
Generaal Snijders, opperbevelhebber van land- en zeemacht, bekijkt de ravage in Zierikzee als gevolg
van een Brits vergissingsbombardement in de nacht van 29 op 30 april 1917. De officier uiterst rechts
is eerste-luitenant J.P. Louwerse, commandant van Zierikzee en Schouiven-Duiveland. 5 mei 1917
(gasd zg 0184)