Nieuwsbode geweest. In het jaar 1938 zat Bij de Vaate op de hbs en kennelijk kroop toen het schrijversbloed al waar het niet gaan kon. Wanneer men latere dialectcolumns uit de Zierikzeesche Nieuwsbode qua dialect en stijl vergelijkt met het vroege stukje uit Contact lijkt de conclusie dat Bij de Vaate de auteur is, weliswaar heel voorzichtig, enigszins gerechtvaardigd. Dialect Hieronder treft u, zoals eerder aangegeven, een paar dialectcolumns uit Contact aan. Deze columns zijn tussen 1933 en 1938 op schrift gesteld. Dat is ook vanuit het perspectief van taalontwikkeling een lange periode. We kunnen ervan uitgaan dat er in een dergelijke periode ook op het gebied van dialectgebruik het nodige veranderd is. Bij dialectonderzoek kunnen we spreken over: a. Een kwalitatief dialectonderzoek. Hier gaat het er eigenlijk om na te gaan of in de loop der tijd, dus bijvoorbeeld na een periode van 40 jaar, bepaalde dialect woorden of -uitdrukkingen verdwenen zijn, of in ieder geval significant minder worden gebuikt. b. Een kwantitatief dialectonderzoek. Bij een dergelijk onderzoek wordt alleen vastgesteld hoeveel procent van, in dit geval de bevolking van Schouwen- Duiveland, nog dagelijks gebruikmaakt van de streektaal. c. Een gemengd dialectonderzoek. In een dergelijk dialectonderzoek wordt zowel de kwaliteit als de kwantiteit van een dialect in een bepaalde regio onder de loep genomen. 73 Meisjes uit de derde, vierde en vijfde klas van de hbs in 1933 Het derde meisje van links, liggend op de voorgrond, is Truida de Rijke (oasd 1980)

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2014 | | pagina 75