belang stellen, en dus op de eerste plaats bouwkundigen en geschiedkundigen,
den eigenaar dankbaar zijn, dat hij dit voor hen belangrijk en in zijn tegenwoordige
inrichting voor hemzelf toch weinig bruikbaar gebouw heeft doen bewaren en
herstellen.'
Verkoop en verbouwing
Nadat de herstelwerkzaamheden waren uitgevoerd, verkocht Van der Lek de Clercq
in 1910 het kasteel aan Jacobus Johannes (Cor) Vriesendorp (1859-1932). Deze
verwierf tegelijk daarmee de ambachtsheerlijkheid Renesse en noemde zich vanaf
toen Vriesendorp van Renesse. Samen met zijn echtgenote Anna Cornelia (Miem)
Boonen (1866-1924) nam hij zich voor om het kasteel als zomerwoning in gebruik
te nemen. Vriesendorp woonde in Dordrecht en had daar het verzekeringskantoor
Vriesendorp en Boonen.
De nieuwe eigenaar liet enkele wijzigingen aanbrengen om het kasteel te verbouwen
tot een comfortabele woning. Dit betekende dat er enkele oorspronkelijke onder
delen zouden verdwijnen of worden teruggebracht in hun vroegere staat, wat eigenlijk
indruiste tegen het advies van de architect. Zo verdwenen alsnog de tuindeuren van
de zaal; die werden vervangen door kruiskozijnen naar model van de elders in het
slot aanwezige raamkozijnen. In de gevel werden van drie ramen op de begane
grond de achttiende-eeuwse kozijnen eveneens vervangen door kruiskozijnen. In de
oostgevel werd rechts van de toren een nieuw raam gemaakt om de slaapkamer op
de eerste verdieping van meer daglicht te voorzien. 'Daarbij is getracht,' aldus de
88
Het interieur van Slot Moermand. Foto uit: Buiten, geïllustreerd weekblad aan het buitenleven gewijd,
1916 (Rijksdienst voor bet Cultureel Erfgoed, Amersfoort, objectnr. 38837)