Chronologie Een analyse van de chronologie geeft enig inzicht in de waarschijnlijke gang van zaken. De bekers werden aangeboden aan de kerk van Bommenede in 1651. - In 1684-1685 wordt Bommenede fysiek, definitief opgegeven en in 1701 kwam de herbedijking gereed, maar daarbij kwam de plaats waarop het dorp had gelegen buiten de dijk te liggen. - In 1691 worden de bekers genoemd in de nalatenschap van dominee De Hertogh. - In 1785 laat Barend Hocke de bekers zien aan de schepenen van Bommenede. - In 1856 wordt William Hall Walker geboren, die op zijn eenentwintigste begint met paardensport (1856+21=1877). In 13 jaar tijd won hij 127 races. (1877+13 =1890) - In 1857 wordt Pieternella Hocke Hoogenboom geboren als dochter van C. Hocke Hoogenboom. - In 1870 vindt een tentoonstelling plaats in Middelburg, waar de bekers zijn inge zonden door C. Hocke Hoogenboom. - In 1873 wordt hij benoemd tot burgemeester als opvolger van mr. J. Moolenburgh. Hij is ook lid van de kerkenraad van Zonnemaire. - In 1888 overlijdt hij aan keelkanker. - In 1975 ontdekt het tijdschrift Antiek dat de bekers zich bevinden in de Walker Art Gallery in Liverpool. Een gravering op een van de bekers vermeldt 1888. Het kan zijn dat die gravering later dan 1888 is aangebracht omdat het Walker soms enige tijd kostte om geschikte bekers te verwerven. Het kan ook zijn dat de bekers door Walker zijn verworven vóór 1888. In 1891 trouwt Pieternella Hocke Hoogenboom met Johannes Verseput. Zij gaan wonen op de Grote Hofstede (Bermweg), het ouderlijk huis van Pieternella en het sterfhuis van Cornelis Hocke Hoogenboom. Als die ze nog niet had verkocht, maakten de twee bekers waarschijnlijk deel uit van zijn nalatenschap en stonden ze in het huis aan de Bermweg, waar Pieternella met haar ouders en later met haar man woonde. Er is onenigheid over de nalatenschap van Cornelis. Pieternella wil met haar echtgenoot Johannes blijven wonen in het huis aan de Bermweg, dat deel uitmaakt van de onverdeelde boedel, maar haar broer Cornelis Johannes en haar zwager Cornelis Moolenburgh eisen dat het huis publiek wordt verkocht. Johannes is hoogste bieder en koopt het huis voor ongeveer tweeduizend gulden. De verhoudingen tussen Pieternella en haar broer en zwager zijn door dit voorval niet optimaal. Het is duidelijk dat al vanaf 1870 Cornelis Hocke Hoogenboom zich als eigenaar van de bekers voor deed. Bommenede bestond niet meer. Het zou kunnen zijn dat hij ze uit de boedel van Bommenede heeft gekocht. Na de tentoonstelling zullen de bekers weer bij hem zijn teruggekomen in het huis aan de Bermweg. Het is mogelijk dat hij al sinds het verdwij nen van Bommenede als zelfstandige gemeente in 1867 de bekers van de hand wilde doen. Dat kan ook een reden zijn geweest om ze in 1870 ten toon te stellen in Middelburg. Het kan zijn dat hij de bekers zelf heeft verkocht, of dat hij, toen hij ziek Comelis Hocke Hoogenboom werd, aan Pieternella heeft gevraagd ze te verkopen. 105

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2015 | | pagina 107