en begeleid naar het logeeradres. Zo brak de langverwachte dag, donderdag 12 juni 1800, aan waarop loge De Ster in 't Oosten nr. 29 officieel het levenslicht zou zien. Tegen zes uur 's avonds werd het gezelschap opgehaald en aansluitend de loge binnengeleid voor de installatie. Met uitzondering van de leden Dibbetz, Andries Schraver en Hugo Ball die uitlandig waren, waren alle Zierikzeese leden aanwezig. De plechtige installatie werd uit naam van de grootmeester nationaal door de afgevaardigde mr. Abraham van Doorn verricht, daarbij geassisteerd door zijn beide opzieners. Paulus Ball legde de belofte af in handen van mr. Van Doorn en werd als reg. m. geïnstalleerd. Het bijou (onderscheidingsteken) van zijn waardigheid werd aan hem overhandigd en aan de andere logeofficieren. De profanen (niet-vrijmetse- laarsMatthijs Meijer en Abraham Tappy, geboren in Veere, werden bij de installatie van de loge aangenomen als broeders servant. Wegens het ontbreken van de 'benodigde toebereidselen' werd Charles Hofman aangenomen als leerling, tevens metgezel, en aangesteld als broeder van talent. Abraham Tappy mocht gratis in het gehuurde pand wonen wegens zijn diensten als broeder servant. De installatie werd besloten met een banket waaraan ook mr. A. van Doorn en zijn beide opzieners deelnamen. Kosten van dit banket waren 95 gulden en 90 cent. De eerste jaren na de oprichting Loge De Ster in t Oosten nr. 29 bleek vanaf de oprichting vooral een grote aan trekkingskracht op welgestelden uit te oefenen. Zo kon het gebeuren dat er in de loop van 1800 en 1801 25 leden werden ingewijd, onder wie vijf Zierikzeese notarissen: Jan Gerard Blaauw, Huibregt van Zouten Keetlaer, Cornelis Marinus Sevenhuysen, Dignus Boom en Huibrecht Smith. Zeker de eerste tien jaar bestond het ledenbestand uit beter gesitueerden uit bestuur, handel, rechtspraak, artsenij, een predikant en enkele hogere militairen. 90 Panden Koestraat, tegenwoordig Kinderstraat 11 en 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2015 | | pagina 92