buiten Bruinisse hoeven te varen. In '48/'49 gaan de vier zoons van Dirk, dan in leeftijd variërend van 28 tot 41 jaar, regelmatig na het werk met de RTM naar Zierikzee en krijgen daar in de avonduren privéles op de Ambachtschool om elektrisch en autogeen lassen te leren van de leraar H. Goettsch. In januari 1950 meldt de krant dat het eerste ijzeren schip (BRU 17) voor reparatie op de werf ligt en er wordt vermeld dat 'inmiddels personeel en materieel op de nieuwe situatie zijn ingericht De overgang van hout naar ijzer betekent natuurlijk niet alleen een aanpassing van vakkennis, werktuigen en gereedschap. Ook de hellingen moeten worden aangepast. Voor de twee oude houten langshellingen, nog daterend uit 1890, komt in 1952 een betonnen wagenhelling, ook weer een langs- helling, in de plaats. Dirk Pzn. was de zevende generatie in de scheepsbouwdynastie. Nu, in 2016, berust de leiding bij de negende en tiende gener atie. Inmiddels is, mede onder invloed van de uitvoering van de Deltawerken en de milieuwetgeving, de scheepswerf volledig vernieuwd: de nieuwe helling wordt op 20 november 1990 in gebruik genomen. In 2001 wordt de houten loods vervangen die dan voor een deel al bijna negentig jaar dienst heeft gedaan, door een moderne Dirk van Duivendijk Pzn. 1884-1971in fabriekshal. 7956 (foto: C. van der Meulen) 33 Stormschade Bruinisse in 1911; links de zwaar beschadigde loods van de scheepswerf GASD nr. B 0378, Zierikzee)

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2016 | | pagina 35