De notaris omschrijft de aankoop als: 'een scheepstimmerwerf bestaande uit woon huis, 2 loodsen, pakhuis met smederij, erf, tuin, slikken, scheepshelling, groot 1770 m2'. Ook is er een erfpachtrecht voor onbepaalde tijd (330 m2). Dit alles voor de som van 10.000 gulden. Voorts wordt voor alle materialen, gereedschappen en voorraad hout nog eens 6000 gulden betaald. Maar Johannes moet twee hypotheken opnemen want hij kan maar 3000 gulden contant betalen. Aanvankelijk is er genoeg werk, vooral dankzij de voorzitter van het waterschap, tevens burgemeester van Zierikzee en voorzitter van het bestuur der visserijen op de Schelde en Zeeuwse stromen, mr. A.J.F. Fokker. Deze zorgt onder andere voor opdrachten van het waterschap zoals reparaties aan uitwateringsluizen, terwijl ook de hoogaarzen en botters van de visserijpolitie dankzij hem door Van Duivendijk mogen worden gerepareerd. En dan zijn er ook reparaties aan het kleine aantal vissersschepen dat Zierikzee telt. Maar het mag niet baten. Door de introductie van ijzer in de scheepsbouw zijn er steeds minder houten schepen en dus minder reparatiewerk. Johannes heeft geen geld om op de reparatie van ijzeren schepen over te gaan en probeert al in juli 1926 de scheepswerf te verkopen. Maar dat lukt niet. Mr. Fokker probeert nog te helpen door Johannes in een gemeentelijk bijbaantje (marktmeester) te laten benoemen maar in 1928 moet Johannes toch besluiten om met de scheepswerf te stoppen en een geheel andere baan te aanvaarden. Aanvankelijk slaagt Johannes er niet in het werfterrein te verkopen. Pas in juli 1929 worden gebouwen en terrein verkocht aan Van Dijk en Co., een fabrikant van bouwmaterialen uit Dordrecht die het gaat gebruiken als opslagterrein. Dat betekent het einde van de scheepsbouw in Zierikzee. De Jachtwerf Van Duivendijk in Bruinisse (1964-1997) Deze jachtwerf wordt door een kleinzoon van Dirk van Duivendijk Pzn. opgericht. Dat is de al eerder genoemde Dirk van Duivendijk Lzn. Hij begint in 1964 in een groene houten loods aan de Havenkade in Bruinisse. Waarom verlaat hij de goed lopende scheepswerf van zijn grootvader en diens zoons en begint voor zichzelf? Dirk geeft verschillende redenen op: in de zestiger jaren Foto boven: de jachtwerf met groene loods, hellingwagen met jacht omstreeks 1967 Foto links: de jonge Dirk van Duivendijk Pzn. in 1906 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2016 | | pagina 40