de Schelde zal moeten stroomen, alvorens Zierikzee in het bezit van een drink waterleiding geraakt.' (22-2-1908) Toch komt het in 1910 tot een proefboring in de duinen bij Haamstede. Helaas is het nitrietgehalte te hoog evenals de kosten voor een tweede boring. Althans de gemeente Zierikzee lijkt niet bereid te zijn om daarvoor een bedrag van 350 gulden ter beschikking te stellen. Wethouder jhr. J.F. Schuurbeque Boeije en de heer J. de Vrieze voerden daarover een debat dat niet direct tot goedkeuring leidt. Op 11 mei 1911 volgt de ommekeer. Brinio besteedt er zijn volledige brief aan. Hij komt daarin met nog een argument: 'blusschingswerk' op het platteland. Deze argumenten, industrie, volksgezondheid en veiligheid 'hebben alle oppositie tegen de drinkwaterleiding doen verstommen, en zullen onge twijfeld ook de geestelijke fundamenten vormen eener hechter samenwerking tusschen de gemeenten van Schouwen-Duiveland'. En inderdaad leidt het uiteinde lijk tot de aanleg van een waterleiding op het eiland en kunnen de regenbakken verdwijnen. Op 3 juni 1930 wordt het waterleidingcomplex de Blinkert in de Domaniale bossen te Haamstede geopend. Maar dat is lang nadat Brinio is gestopt met zijn 'Brieven uit Zierikzee'. De opening van het pompstation De Blinkert op 3 juni 1930 in de bossen van Haamstede GASD X 2859) De tram Over de tram en zijn problemen schrijft Brinio dat hij heeft 'moeten constateeren, dat sedert de lijn Zijpe-Numansdorp geopend is, het brievenvervoer, dat, zooals men weet, van deze streek gedeeltelijk met de tram plaats grijpt, bedenkelijk is achteruit gegaan'. (1-11-1900) De komst van de tram leidt tot een vertraging in de postbezorging van zestien en een half uur. Over het te volgen tracé van de tram schrijft hij in de volgende brief van 10 november. Het tramongeluk bij Capelle en de gevolgen daarvan beschrijft Brinio in zijn brief van 8 maart 1904. Daarin provoceert hij enigszins. Hij schrijft dat het onderzoek zich niet dient te beperken tot 'de deugdelijkheid der machines, en de juiste ligging der 77

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2016 | | pagina 81