Passer- en winkel
haaksymbool Loge 'De
ster in 't Oosten' Sint
Domusstraat 66 Zie-
rikzee (foto Wijnand
Renden)
zijn, want fundamentele leerstukken van de orthodoxe traditie (verzoening door de
bloedstorting van Christus - de Bijbel als het geopenbaarde en onfeilbare Woord
van God) werden ontkend of speelden geen rol. In die afwijzing speelde ook mee
de geheimzinnigheid waarmee naar het besef van velen de vrijmetselarij omgeven
was.
Al spoedig was Helder voorzittend meester van de loge te Harlingen en bekleedde
dezelfde functie enige tijd in de loge L'Union Provinciale te Groningen. Toen hij
predikant werd in Zierikzee (1885) liet hij zich overschrijven naar de loge 'De Ster in
't Oosten' in die plaats en werd er vrijwel terstond voorzittend meester, gedurende
45 jaar heeft hij onafgebroken die functie vervuld. In 1886 kreeg Helder zitting in
het hoofdbestuur en vervulde achtereenvolgens de functies van Grootarchivaris-
bibliothecaris (1886-1892) en van Eerste Grootopziener (1892-1920). Bovendien
was Helder van 1918 tot zijn overlijden in 1933 erelid van het hoofdbestuur van de
Orde der Vrijmetselaren.
Helder 'staat te boek als een erudiet vrijmetselaar'.54 Een in memoriam zegt: 'Br.
Helder is onder ons een figuur geweest, een figuur waarvan zeer groote invloed
is uitgegaan, die nog veel langer zal duren dan de tijd waarin hij lid van het
Hoofdbestuur was.'55 Deze faam is onder meer het gevolg geweest van grondig
onderzoek dat Helder deed naar oorsprong, geschiedenis, ontwikkeling en betekenis
van maconnieke rituelen. Hij had hiermee gehoor gegeven aan een opdracht van
het hoofdbestuur.56 Wellicht als uitvloeisel van dit breed opgezette onderzoek,
verzocht het hoofdbestuur hem vervolgens een voorstel te ontwerpen voor een
nieuw rituaal. Doel hierbij was onder andere de vrijmetselarij uit de sfeer van het
verburgerlijkte verenigingsleven te halen, het maatschappelijk functioneren te
verbeteren en de toegang gemakkelijker te maken. In het nieuwe rituaal dat Helder
voorstelde had hij de weg gekozen van een zogenaamd eenheidsrituaal, waarbij
de drie ritualen van leerling, gezel en meester werden versmolten tot een enkele
44
