I E 3 Ten slotte dit gezang: 1) 2) 3) 4) Chronicon. "Zoekt alle speélen op, dan is "er geen van all" Hetgeen gelijk den boóg, den geest verquikken zal". Vriendschap schiet hier zyne pylen, Schoon al raeken die ons hert, Het daerom niet quijnt, terwylen Hun gewond, geen wond en wert; D'eendragt hééft er plaets genomen, Eendragt maekt het leven zoet, En de vreugd die is volkomen, Waer men vriendschap-vlammen voed. Lauwer-kroonen, oorlogs-zegen Kosten winnaers zweet en moeyt, Worden véél te dier gekregen, Zijn met menschen-bloed besproeyt; Maer den strijd, die wy hier pleégen, En den prijs die daer van is, Krijgt men met geen lans of degen, Laet geen nadruk, jammernis. is^Nijd of tijd, noyt zullen sneven D'eendragt die onzherten bind, Vrede-minnaers altijd sweven, Onverhindert boven wind: Wilt daer op de roemers schinken En roept: vivat 't CONCORDAET.; Men mag op een vrienschap drinken, Daer men al van zwanger gaet. Pijl en boög, door Uwe kragten, Bragt gy voortijds eens te weég, Dat naer stryden, vegten, slagten, 'T volk de rust en vrede kreeg: Mars, brengt door Uw' oorlogs-vieren Ook den peys in volk en Staet, Op dat ider mogte vieren, Roepen: vivat 't CONCORDAET t ConCorDaet Voegt bY-een en Croont Dees zeVen steDen" (=1812) Gedrukt door P.J. Hanicq, tot Mechelen. De eerste schieting van 't Concordaat had echter pas in 1823 plaats (zie het zilver). In 1852 is ook te S.v.G. de door Koning Willem III als opperbeschermheer (zie onder Hulst) uitgeloofde medaille verschoten. Het bij deze medaille behoorende gedrukte diploma, onder eene afbeelding ervan, luidt als volgt (het gespatieerde is met de pen ingevuld):

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van de Stichting Heemkundige Kring Sas van Gent | 1968 | | pagina 6