59 F de molens van sas van gent - Philippine westdorpe wind Eind 1951 - begin 1952 heeft men het zgn molenwater gedempt. De openingen van de resterende overkluizing is met een poort afgemaakt zodat de aldus gefor meerde ruimte tot op de dag van vandaag gebruikt kon worden als bergruimte. De restanten van de waterkorenmolen zijn later op de monumentenlijst geplaatst en gelukkig zijn er nu tekenen die er op wijzen dat er pogingen in het werk gesteld worden om tot restauratie van de res tanten over te gaan. Zo dat plan enige kans van slagen heeft, zal toch van de toekomstige bezoeker van de „watermeule" altijd enige fantasie worden gevergd omdat de inmiddels rond dit machtige bouwwerk ontstane situatie het niet meer toelaat water onder de over koepeling te doen vloeien of een waterrad in werking te stellen. Op de hierbij beho rende tekening is duidelijk de situatie te ontmanteling Wanneer de molen definitief buiten ge bruik is gesteld weet ik niet. Het herstel van 1785 zal wel het laatste zijn geweest wat er aan gedaan werd. Enkels jaren later hebben de Fransen Sas van Gent bezet. In het begin van de 19e eeuw zijn zij be gonnen met de ontmanteling van da eens zo vermaarde vesting. zuym het guarnizoen geobligeert hebben des vesting over te geeven bij gebrek van den Staf des broods, tot schaamte en onser van den Etat Major, het Gantsche Guarnizoen en tot verantwoording van Haar Ed. reputatie" Verder weet dat journaal te vertellen'. Woensdag de 19 dito Heeden heeft men de West gragt geheet taaten aftoopen ende balken in de zoete innundatie sluys ingeligd om waater in de kaaij te trekken, om andermaal de waater koorn moolen in zijne werking te exami- neeren en te onderzoeken hoe veel zakken rogge de zelve kan maaien met rijkelijk 13 vt waater in de kaaij en een afgetapte gragt en heeft de moolen gemaaten door malkander gereekend 2Vi zak rogge in een Uurs tijd, en werd gereekend op een geringer wind koelte" zien zoals die eertijds is geweest. Met een stippellijn is aangegeven welk gedeelte van de waterkorenmolen gespaard is gebleven, terwijl met letters is aangsdukS waarvoor eertijds da verschillende ruimten werden gebruikt. De tekening van het vooraanzicht (langs de Kloosterlaan) teat zien hoe op 19 december 1951 de res tanten van de molen door de heer Tutein Nolthenius getekend werden. Dat de waterkorenmolen een militair ob ject was en alleen gebruikt werd in tijden van belegering en andere moeilijks om standigheden, blijkt duidelijk uit voren staand relaas over het herstel van de molen hetwelk noodzakelijk bleek na jarenlange buiten gebruik stelling en/of verwaarlozing. Maar er valt meer te restaureren in Sas van Gent dan de restanten van de water korenmolen. Op een van de laatsta stukjes van de .wallen" prijkt het meer dan ar moedig overschot van de eens zo mooie windkorenmolen. Dat dit particulier bezit is kan een moeilijkheid zijn, maar ander zijds zou er te praten zijn over ds over dracht van de eigendom als er maar enige kans van slagen was om ook deze molen terug te brengen in de oorspronkelijks staat. In 1930 ai nam het toenmalige college van burgemeester en wethouders van Sas van Gent contact op met de vereniging „De Hollandse Molen" om de instandhouding van de molen te verzekeren. Genoemde vereniging beijvert zich sedert 1923 om de molens, die nog in Nederland bestaan, voor de toekomst veilig te stel len. Misschien was de vereniging in 1930 nog te jong of verkeerde de molen van Sas van Gent nog in een te goede staat. In ieder geval de poging mislukte, in 1945 heb ik zelf de kat da bel aangebonden na dat ik in 1940 door medewerking van het gemeentebestuur had kunnen voorkomen dat de roeden en de kap van de moten werden verwijderd om te worden ver- kocht.Kwam het in 1940 niet tot een res tauratie, in >942 leek, het er op dat dat wel lukken zou, maar ook al deed monu mentenzorg toen nog zo zijn best, het liep weer allemaal mis. Toen ik dus in 1945 de zaak opnieuw aanhangig maakte bij de gemeenteraad, het provinciaal bestuur, de vereniging De Hollandse Molen, de Stichting Menno ven Coehoorn, Monu mentenzorg en de directie van de Meelfa briek, heeft het een hete tijd er op geleken alsof het inderdaad allemaal lukken zou, maar helaas de laatste paar honderd guldens die nodig waren ontbraken als ge volg van het verschil van opvatting over het al dan niet restaureren in de kring van de familie die de molen sedert 1898 in ei gendom heeft. Uiteindelijk is ook toen het feest niet doorgegaan. Wat wel voortgang Koorn Moten ins lang 26 vt.' De kamer het Moolenwerk is in de grondvlakte aan twee zijden met halve cirkels uijtwaards springende aangelegd. De vierkante ruimte is 2754 vt en breed 12 vt. De uijt- springende halve cirkel aan de kortste zijde en de beijde uytwaards springende halve ronden aan de langste zijde hebben ieder tot straal eene lengte van 6 vt. Het midden van het gewelv boven de vloer 10 vt. De meenigte aarde op deeze bakkerij en water koorn molen, maakt het zelve bom vrij, is gebouwd in den jaare 1696. journaal Naast die beschrijving van kapitein Ir Sluijtorman is er een „Journaal weegens het voorgevallene in de Keijzerlijke trou bles van Zijne Keijzerlijke Majesteyt en de Republics der Verenigde Nederlanden te Sas van Gent met de Resolutien enz." Daaraan wordt het volgende ontleend: „Dinsdag de 18dito.2 Was er waater in de kaaij aan de Peij! hoog 13 vt en weird den waater moolen door den baas van Hooven opgeteeverd die deselve aangenoomen had te repa- reeren voor eene somma van f 208, en wierd dezelve bij Excellentie (Wilhelm, Landgrave van Hessen, Vorst van Hers- velt. Grave van Catzen, EHeboogen Dietz, Ziegenhein, Nidda, Schaumburg en Hanau, ook Sain en Witgensteyn, Ridder van de order St Jan Hospitalier van Jeru salem en van den Gouden Leeuw van Hessen, Generaal Lieutenant der Cavalie- rij, en commandeur van 't Hooge en Laage Sas van Gent en onder-Hoorige Forten in dienst der RepubUcq der Ver- eenigde Nederlanden) wel bevonden en zeer goed gerepareerd. Ook wierd met de zelve den gantschen dag gemaaien, dat volgens de opgave van den Moolenaar zeer goed mee! was. Deese operatie ver wekte een Generaal genoegen en erken te- nisse aan Zijne Doorluchtige Hoogheyd Mijn Heere den Land Graave ven Hessen Phiipsthal, onsen heere Commandeur, die dezelve reparatie zeer noodzakeiijk ge- oordeett had te ordonneeren; zijnde de zelve geneHgeerd gelijk honderde zaaken die niet daagelijks ge-exerceerd worde; onderstellen goed te zijn, zoolange zijne uyteriijke gedaante behoud, en niet vol- koomen in ruïne valt, het welke zig bij de eerste werking manifesteert zoude hebben, zoo draa men in cas van be/eege- ring zoude hebben moeten maaien, ais zijnde dezelve bevonden veel verrot en verstikt hout en zoude zoodaanige ver-

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van de Stichting Heemkundige Kring Sas van Gent | 1977 | | pagina 5