philippine
14-5
de Drie Schouwen
de J sampetter’
j. 7
naar Westdorpe
a 1880 bezocht een reiziger de „Achterhoek aan den Overkant”, waarmee hij
In Sas enig vertier, en de ketsersbazen-
de voorliet slepen van vaartuigen zan
gen de voerlieden - hadden doorgaant
goede verdiensten.
Bij het wachten op de schepen zocht
menigeen troost in een pittige dronk,
gevolg gevend aan de uitnodiging vook-
omend op het uithanbord van een her
berg:
„De Gesch en ’t glas dat gij hier ziet Die
zullen niet vermaken, Maar kom in huis
en hroef mijn drank, Die zal u beter
smaken
In Philippine sloeg hij de uitgebreide
mosselvangst gade in de meer en meer
dichtslibbende zeeboezem Bij laagwa*
ter kwamen de slikken bloot, die het
dorpje scheidden van het Mauritsfort.
Bij de eenvoudige Hervormde kerk te
Hoek zag hij de grafzerk van Christiaan
Meeuwse, een brave matrozen-domi-
nee, die eerst ioods en visser was en la
ter predikant van Philippine wer.
In de pastorie van Hoek woonde een
bejaard kinderloos echtpaar, dat geen
groter genot kende dan tot zegen te zijn
In de kleine dorpskring - die weinig
- Rooms-Katholieken telde - en genoe
gen te verspreiden in de kinderwereld
daarbij teriTwa ar na eraarisere n-sur-re»-
Sjes van ’Mina uit Hoek' niet weinig
jeugdigen harten snellen deden klop
pen van verlangen en jonge ogen deden
schitteren van pret.
later aankwam. Hier trof hem de drukte bij de aanlegplaats, het schutten
grote zeeschepen met bestemming naar Gent en de menigte wachtende
bij het afsluiten de.r grote draaibrug,
deren verspreidde, het land ten zegen.
Het aanzienlijk geslacht is ultgestor-
van, het slot spoorloos verdwenen en
een verbrokkelde zerk, bij de ingang
van de sacristie, waarop men met moei
te een naam ontcijferen kon, herinner
de aan de onbestendigheid van rijkdom
1 en aanzien. -
mlng, luchthartig opzichtig gekleed en
de zondag voor een groot deel door
brengende in de bolbaan of bij het gaai
schieten, onder het genot van een onge
lofelijk grote hoeveelheid bier, en. aan
de andere zijde de stugge nakomeling
van de Zeeuwse kolonisten, nauwelijks
kleuren van zijn donkere kleding dul
dende, streng ’griffermeerd’, de zondag
als een vabbath beschouwende buiten;
kerktijd bij een kopje slappe koffie,-
langzaam en lang met zijn geestver
wanten over afgetrokken kerkelijke
leerstukken redenerend.
De onbezorgde Vlaming, de stoere
Zeeuw, ondanks alle punten van ver
schil beiden loten van dezelfde staml
Aan de herbergen 'De Drie Schouwen’
en 'Het huis ten halve’ volgde hij rechte
de weg naar Zuiddorpe. De polders hier
werden vroeger door een brede stroom
van het land van Axel gescheiden. Van
daar het verschil tussen de bevolking
ten noorden en ten zuieii van Axel. Aan'
de ene zijde de strenh Katholieke Vla
Zijn indrukken van Zuiddorpe waren
de volgende: Een vriendeliijde plaats
met een Vlaams voorkomen. Huizen
zonder stoepen Namen en opschriften
met grote letters op bet pleisterwerk
geschilderd. Hij ontmoette er de 'sais-
petter', de veldwachter. Een tachtigja
rige krasse baas, die nog altijd dienst
deed Recht als een kaars, met heldere
open die schitterden als hij vertellen
ging van zijn huzarenlijd en de woe
dende cavalenecharges bij Waterloo!
iy- ridder van Gistelles hadden hier
vroegen een aanzienlijk kasteel. Ver
moord was Joost van Gistelles, die rei
zen naar Indiê en Palestina ondernam
J en waarvan verhaald wordt dal hij tua
sen de bladen van een zakboekje boek
weitzaad heeft meegebracht van zijn
verre reizen en dat in Zuiddórpe heeft
gezaaid, van waar hel zich over Vlaan-
Oost Zceuwscb-Ylaanderen bedoelde. Zijn indrukken verwerkte hij in een reis-
- verhaal, dat enige interessante gegevens bevat Met de Provincialeboot, die
1 slechts eenmaal per dag voer, vertrok hij naar Terne uren, waar hij een groot uur
i van
mensen
uuur oosi-zeeuwscn
Vlaanderen in 1880
Van Sas van Gent volgde hij de brede
dijk naar Axel, een deel van de oude
Graaf Jansdijk, de vermaarde water-
kring van Antwerpen naar het Zwin,
opgeworpen op last van Jan van Na
men. Hij genoot van het fraaie uitzicht
en van de rust, slechts nu en dan ver
stoord door een schommelende huif
kar met klinkende hellen aan het
haamtuig en gekleurde Strikken aan
het vliegennet van het stevige Vlaam
se paard.
Het welvarende Westdorpe, een ge
meente zonder dorpsstraat, de wonin
gen verspreid op en onder de dijk. Ende-
le moderne huizen van bemiddelde
landbouwers' ontworpen door Gentse
architecten, met grote bloemrijke tui
nen, met grote gladgeknipte hagen,
klein gekleurde beelden, donkere priè-
1 len en bontgeschilderde koepeltjes.
•Temeuzen worstelend om een vooruit
strevende handelsplaats te worden,
had reeds een ‘binnenwerf, die echter
in die jaren meer bekent was om zijn
afbraak dan pro zijn bouwen. De 'Eco-
nomie’ en de 'Prinses Marianne’, eerbie-
'digwaardige schepen, waren er ge
sloopt.
In de Molenstraat zag hij het herbouw-
’de stadhuis. Bulten de vroegere land
poort lag op het kanaal een barge (trek-
schuit) die de verbinding onderhield
J met Gent.
Hfi bezocht de vroegere Koffenschans,
waar burgemeester Terlippens in vroe-
gere tijden een tuin liet aanleggen. Een
tuin, die dankzij de goede zorgen van
dominee Petrus Hondius, tevens een
bekend dichter, vermaard is geworden
‘om de voortreffelijke vruchten en
J groenten de verscheidenheid van zeld-
zame bloemen en planten. Moeite noch
vkosten werden gespaard om er vreemde
gewassen te kweken.
'.Veie bekende personen bezochten de
•tuin, oa Jacob Cats, Heinsius en Vas-
sius. Zelfs Prins Maurits kwam er meer
malen, naar aanleiding waarvan Hon-
'-dius dichtte: „lek de kerse die daer
’’stond En voor hem met lust ghe - eten
’Maurits’ kerse heb geheeten, Die te vo-
•ren sender name Bij de cruijden was
Jgestelt, Deelt nu snede in de fame Van
»den aldergrootsten hebt”.
(■Langs de hoge vestingwallen en een
'smalle brug over de diepe gracht be-
reikte onze reiziger het station van het
spoor naar Gent en Mechelen, efen een-
voudig houten' gebouw. Ais er weinig
vrachtgoederen waren, geschiedde het
personenverkeer tussen Temeuzen en i
St-Nicoiaas per stoomtram. „Een genot
i om in die reusachtige, luchtige en lichte
glazen kamer schier onmerkbaar door
het land te glijden”.
Hij koos niet de stoomtram maar nam
plaats in de trein naar Sas van Gent,
(die hem door een rustig Wandschap
'voerde met spichtige populieren, goi-
wende biezen en roerloosstarende hen
gel aars: het paradijs der Belgische vis-
'.sers.
rEen aan de andere kant vruchtbare ak-
kers en schilderachtige gelegen hoeven,
In polders, nog niet zolang geleden aan
het water ontwoekerd, met nog hier en
daar een stuk schorgrond en een ondie-
'pe kreek: het oude Sassche Gat, dat
eertijds in verbinding, stond met de
Braakman.
Na 25 minuten bereikte -hij Sas var:
Gent met zijn vervallen bolwerken, de
dubbele houten draaibrug over het ka-
..nael, zijn ouderwetde huizen met trap
gevels, hoge stoepen, kleine ruiten be
neden en stegvensters boven, die achter
-een rij lindebomen zich spiegelden in de
w»rt He.t schutten, door.de Klulzea Raf.