224D
F 1 03
een
noemen
van de kanaalwerken reeds gesproken
Het antwoord is neen.
zoals we gezien hebben, ook niet om
de plannen en reeds op
van de stad Antwerpen,
gescheiden door
"Zoute Speije",
werd genoemd.
Ondanks alle moeilijkheden bleven de werkzaamheden vorderen. Blijkens
de archieven naderde men in november 1548 de voltooiing. In ieder ge
val was het kanaal begin 1549 klaar en had Gent zijn verbinding met de
zee. Het had de stad 46.000 Carolusguldens gekost.
Kon ten tijde van de voltooiing
worden van Sas van Gent? -
Er was geen sluis. Daar was,
gevraagd door de Gentenaars.
Wat was er dan wel? Er was een doodlopend kanaal, een dijk en een
overdrag of overslag. Hooguit had men deze plek "Overslag" kunnen
zoals ook het dorp iets verderop aan zijn naam gekomen is.
In een aantal publicaties is men er ten onrechte van uitgegaan, dat het
bouwen van de sluizen een direct onderdeel was van de werkzaamheden
rond het graven van het kanaal. Ook de bekende historicus Frederik
Galand was die mening aan. het begin van deze eeuw nog toegedaan.
Zo als gezegd - ten onrechte.
Vrijwel terstond na de ingebruikneming van de "overdracht" hadden de
Gentenaars reeds spijt, dat ze niet om een sluis gevraagd hadden.
Het ontschepen van de goederen, ze over de dijk dragen en aan de ande
re kant in kleinere schepen laden was een zwaar en tijdrovend werk.
Dit werk bracht ook extra onkosten met zich mee. Daarom besloot men
nog in hetzelfde jaar (1549) de regering te vragen om toestemming om
de La.nddijk te doorsteken en sluizen te bouwen.
De regering stond niet onwelwillend tegenover
15 december 1549 werd, ondanks het hevig verzet
de zo gewenste toelating gegeven.
Het verleende, octrooi geeft nauwkeurige voorschriften omtrent de bouw
van de sluizen. De fundamenten van de sluishoofden moesten worden ge
construeerd van grote eiken draagbalken, hei- en metselwerk. De spuien
moesten ongeveer 67 meter hoog zijn en de doorvaartbreedte moest ruim
7 meter zijn. Als voorbeelden dienden de bouwondernemers de sluizen
van Damme, Rotterdam of Delfshaven aan te houden.
Het ontwerp voorzag in een sassluis, twee z.g. "spijen
een sas. De "speije" naar het open water noemde men
terwijl de speije aan de kant van het kanaal "Zoete Speije
De schutkolk, het Sas, diende vóór de Landdijk te komen.
Wederom kwam in dit octrooi de angst van de regering voor dijkdoorbra
ken en overstromingen naar voren. Voorgeschreven werd daarom, dat
altijd een van de speijen gesloten moest zijn.
Beëdigd personeel zou dag en nacht toezicht houden op het gebruik van
het Sas. De Landdijk diende ook versterkt te worden. Aan weerszijden van
de sluis diende de dijk over maar liefst ongeveer 2| kilometer verhoogd
en verbreed te worden. Op maaiveldhoogte diende de breedte 20 meter
te worden. Bovenaan werd de voorgeschreven breedte bijna 8 meter.
De bouwkundigen vonden het raadzaam om eerst met de bouw van de
Zoute Speije te beginnen.
Omdat men óp het droge wenste te werken richtte men eerst een z.g.
vingerling op, een dijk rond de bouwplaats die het water op afstand kon
houden.
Daarna volgden langdurige beraadslagingen. UiteindeLijk kon, op 19 augus
tus 1551de eerste steen van de Zoute Speije gelegd worden. Dit
geschiedde door ridder Antoon de Baenst, eerste schepen van Gent.
I
l